Zondag 29 juni 2003
Op deze dag van de architectuur organiseerde de Zonnehof drie fietstochten. Deze staan onder leiding van medewerkers van de stadhuisafdeling Stedelijke Ontwikkeling en Beheer. Het onderwerp van de architectuurdag dit jaar vormen de grenzen van de stad. Niet alleen de huidige grenzen, maar ook de historische grenzen en ontwikkelingen die daarop invloed hebben gehad.
De fietstochten werden voorafgegaan door een brunch in de Zonnehof. Daarbij verzorgde Willem Oxener, landschaparchitect van de gemeente, een inleiding over de ontwikkeling van de stad vanaf 1200 tot nu. Opvallend daarbij is dat de stad twee belangrijke ontwikkelingsperioden heeft gehad: de bouw van de stad en zijn muren in de middeleeuwen en de uitbreiding van de stad sinds de Eerste Wereldoorlog. Vooral de laatste vijftig jaren heeft Amersfoort zich stormerhand ontwikkeld, en doet dat nog steeds.
Een opvallend moment in de ontwikkeling van Amersfoort na de Tweede Wereldoorlog is het stedenbouwkundig plan van D. Zuiderhoek uit 1949. Het is de laatste structuurvisie voor de stad, waarin de uitbreidingen zoals Kruiskamp, Liendert en Schuilenburg zijn opgenomen. In de visie van Zuiderhoek ontwikkelde de stad zich als een bloem, met het centrum als de knop en de uitbreidingswijken als de bladen. De Eem, het spoorwegemplacement, het Heiligerbergerbeekdal, de Hogeweg en het spoorwegtracé tussen Kruiskamp en Koppel scheiden de bladen. Het is de laatste structuurvisie waarin de integrale ontwikkeling van de stad is vastgelegd.
Onder leiding van Liesbeth Gerritse, stedenbouwkundige voor Amersfoort, ben ik vanaf de Hof en langs het Smallepad richting Stichtse Rotonde en Galgenberg gefietst. En bij een tocht die de ontwikkeling van de stad als onderwerp heeft kon het niet uitblijven: even stoppend bij Flehite wordt vanuit de groep deelnemers de vraag gesteld of Amersfoort een structuurplan heeft. Nee dus. In feite terecht merkte Liesbeth Gerritse op dat dit een zaak is voor het bestuur: die bepaalt of zo’n plan voor de stad moet worden ontwikkeld.
Of zij helemaal gelijk heeft, betwijfel ik overigens. Wanneer de ambtelijke top de behoefte zou hebben gevoeld naar een structuurplan, zou dat er al zijn. Zo zijn de verhoudingen tussen het college van B en W en de ambtelijke top nu eenmaal. Zelf heb ik in het verleden meermaals de suggestie gedaan een structuurplan te ontwikkelen. Maar College en ambtenaren hebben steeds eendrachtig gezegd hieraan geen behoefte te hebben. Uiteraard, want wie zich niet vastlegt is ook tot niets verplicht.
De meeste grote steden in ons land hebben een structuurplan dat regelmatig wordt geactualiseerd. Het gemis daarvan heeft Amersfoort bijvoorbeeld veel last bezorgd bij de ontwikkeling van Vathorst. Het ontbreken van een structuurplan leidde er mede toe dat de Raad van State de ontwikkeling van Vathorst ruim een jaar stillegde.
Wat is het belang van het structuurplan? Zo’n plan geeft een visie op de ontwikkeling van de stad. Daarin worden verschuillende ontwikkeling, zoals woningbouw, verkeer, de groene structuur, economie, recreatie en dergelijke in onderling verband gebracht. Om maar een simpel voorbeeld te geven: in een structuurplan zou nooit een belangrijke recreatieve voorziening zijn gepland aan de zuidkant van de stad (Birkhoven), terwijl de doelgroep in de zich uitbreidende noordelijke stadsdelen woont. Daarmee wordt een kans gemist Noord van een goede voorziening te voorzien en wordt veel onnodig extra verkeer gestimuleerd. Het is een voorbeeld van een van de ruimtelijke blunders in onze stad, waarbij kan worden gezegd dat de raad deze onlogische planning ruim een jaar geleden in elk geval heeft gecorrigeerd.
De komende maand hoopt Leefbaar Amersfoort een ruimschoots gedocumenteerd initiatiefvoorstel voor een structuurplan te kunnen presenteren.
Geef een reactie