Politiek Dagboek

Beschouwingen van Raphael Smit over Politiek Amersfoort en Omstreken

leave a comment »

Maandag 25 augustus 2003

Bij gerucht hoorde ik dat de burgemeester vandaag uit haar vakantie wordt teruggeroepen om dinsdag de raadsvergadering voor te zitten. Ik heb daar enkele specifieke vragen bij te stellen, maar dat komt morgen wel. In elk geval kan worden gezegd dat met deze actie van de gemeentesecretaris – er van uitgaande dat hij de aanstichter is – de panieksfeer rondom de komende raadsvergadering alleen maar is aangewakkerd. En zoals vaak in dergelijke gevallen het geval is, wie olie naar het vuur draagt is er zelf schuldig aan wanneer later de vlammen onbeheersbaar worden.

Sommigen menen dat de aanleiding ligt bij de positie van het college. Wanneer de raad niet onverkort het voorstel voor de baggerstort steunt, zou dit voor het college aanleiding zijn om op te stappen. Los van het feit dat een korte periode van machtsvacuüm enige problemen kan veroorzaken – of niet, maar dat is een kwestie van benadering -, kan worden gezegd dat opstappen van het huidige college de kwaliteit van het openbare bestuur in onze stad niet nadelig hoeft te beïnvloeden. Als het terugroepen van de burgemeester als een bijdrage wordt gezien om fracties onder druk te zetten, dan draagt een dergelijke actie tevens bij in de diskwalificatie van het college, waarvan de wethouders hun positie dus niet zonder het optreden van de burgemeester kunnen handhaven.

Moet het college opstappen als de raad het concept-bestemmingsplan voor de baggerstort naast Vathorst aanpast. In principe niet, lijkt mij. De raad heeft vorig jaar het college de opdracht gegeven de aanwijzing van de provincie in te vullen. Dat het college tussentijds via een wijzigingsbevoegdheid zelf even buiten de opdracht trad, doet niet meer ter zake omdat het college deze blunder zelf heeft gecorrigeerd – na druk vanuit de provincie, dat wel. Op tafel ligt nu wat de raad vorig jaar heeft gevraagd. Een afwijkend besluit van de raad moet als tussentijds vermeerderd inzicht worden gezien, waarvan het college geen deelgenoot was.

Maar er is natuurlijk meer. De raad heeft vorig jaar al laten blijken dat ze wel vond dat de gemeente zelf het bestemmingsplan moest invullen, maar ook dat ze het met de inhoud van het bestemmingsplan niet eens is. Voor veel raadsleden gold: als we het zelf doen ontstaat er meer tijd voor het vinden van een oplossing voor de baggerverwerking. Het feit dat het alternatief toch nog niet in zicht is, houdt niet in dat alle raadsleden daarom de baggerstort maar accepteren.

Er is een duidelijk verschil tussen het gedwongen bestemmingsplan en de ruimte die de firma Smink voor de verwerking van de bagger nodig heeft. Een aanpassing, binnen de contractuele ruimte met Smink, ligt dan voor de hand. Indien het college dat feit niet wenst te erkennen, heeft ze zich inderdaad te veel van de raad vervreemd, wat op zichzelf een reden kan zijn om op te stappen.

Levert het aftreden van het college uiteindelijk wat op. Indien na een korte termijn van overleg een nieuw college aantreedt met nagenoeg dezelfde gezichten, uiteraard niet. Ook de huidige collegepartijen zullen zich, indien de vorming van een nieuw college aan de orde is, moeten afvragen of ze niets beters hebben te bieden dan de gebrekkige kwaliteit van het huidige college.

Zondag 24 augustus 2003

Eigenlijk heb ik medelijden met de VVD-fractie. In oktober 2001 – toen nog als oppositiepartij – verraste de VVD-fractie vriend en vijand met een verklaring waarin zij zich hevig verzette tegen de baggerstortlocatie naast Vathorst. Tijdens de raadsvergadering op 6 november van dat jaar diende de VVD-fractie moties in waarmee werd geprobeerd om de uitbreiding van de stortlocatie van Smink afhankelijk te maken van het revideren van de plannen voor de baggerstort. De meerderheid van de raad ging hier niet in mee, maar de VVD-fractie had zich even mooi geprofileerd als belangenbehartiger voor de Amersfoortse bevolking.

Deze actie van de VVD had nog een extra dimensie. Het standpunt werd gepresenteerd tijdens een commissievergadering, onder afkeurend gehuil van een aantal andere partijen, met als grootste tranenvergieter de fractie van Groen Links. Ongehoord, was de mening, om de commissie zomaar met een dergelijke opstelling, afwijkend van het bestaande beleid, te overvallen. Deze opwinding was ook daarom zo groot omdat het voorstel werd ingediend samen met Fethi Killi van de PvdA-fractie. Die was eigenlijk ook de geestelijke vader van dit geheel, want op het punt van creativiteit vertoont de VVD-fractie een historisch deficit.

Tijdens de raadsvergadering moest Fethi Killi zijn steun terugnemen. Hij was lid van een collegepartij en door zijn wethouder – de raad was nog niet duaal – dusdanig onder druk gezet dat hel en vagevuur, pek en teren, zijn deel waren geworden. Velen hadden toen met hem te doen, al werd het door velen betreurd dat hij zijn rug niet tot aan het einde rechthield. De afgelopen week bleek echter dat Fethi Killi in elk geval consequent is. In de wandelgangen werft hij voor een amendement waaruit blijkt dat hij zich oprecht zorgen maakt over de dreigende baggerstort.

Wie zich geen zorgen meer maakt is de VVD-fractie. Deze fractie, met zijn voorzitter Paul Strengers voorop, pleit voor een ongewijzigde realisatie van de baggerstort, ook al zou die 92 hectare groot worden. Oké, de VVD-fractievoorzitter is bereid er nog een amendementje tegenaan te gooien: er mogen bomen rondom de stort worden geplaatst en te veel overlast moet – als het eventjes kan – worden vermeden. Maar voor de rest heeft de VVD-fractie het belang van de Amersfoortse bevolking afgezworen en komt de fractie nog maar op voor één belang: de wethoudersstoel van haar ex-lijsttrekker en huidige VRO-wethouder Bert van der Werff. Deze stelt alles in het werk om zijn verblijf binnen het college zeker te stellen. En dus gaat de VVD niet voor de inwoners van onze stad, maar met de positie van zijn wethouder.

Zaterdag 23 augustus 2003

Kort voor de vakantie ontving ik van enkele stadgenoten een voorstel waarop ik nog een reactie schuldig ben. De briefschrijvers behoren tot de groep die de moeite neemt om met enige regelmaat commissie- of raadsvergaderingen bij te wonen en de raadsleen daarbij kritisch op de vingers kijkt. Dergelijke stadgenoten zijn goud waard, want waar zou onze democratie – die toch al regelmatig onder druk staat – zijn als er niet regelmatig kritische burgers toezicht houden op de wijze waarop raadsleden met het hen geschonken mandaat omgaan.

De briefschrijvers ergeren zich regelmatig aan het gebrek aan feitelijke kennis over belangrijke vraagstukken, bijvoorbeeld betreffende het milieu. Hun voorstel is daarom simpel: vorm aparte adviesgroepen waarin vanuit elke politieke partij een of twee mensen zitten die terzake kundig zijn. Ik heb uit de brief begrepen dat dat geen raadsleden hoeven te zijn. Dergelijke groepen zouden, aldus het voorstel, zinnige dingen kunnen doen waardoor de commissievergaderingen worden ontlast.

In elk geval vind ik dit een voorstel dat bij een evaluatie van het raadswerk, dat binnen afzienbare tijd plaats zou moeten vinden, aan de orde moet komen. Naast de positieve kanten schuilen er natuurlijk ook enkele nadelen aan het voorstel. Door een adviescommissie in te stellen van deskundigen op basis van politieke verhoudingen, haal je de politieke discussie binnen een technisch adviescollege. Maar ik kan mij voorstellen dat voor technische zaken waarover de raad of een raadscommissie zich moet buigen, een adviescommissie van mensen die er echt verstand van hebben het noodzakelijk materiaal aandraagt. Zo een commissie kan een structureel karakter hebben, maar je kunt hem ook incidenteel benoemen om advies te geven over enkele hoofdpunten in het beleid.

Laten we ons in elk geval realiseren dat voorstellen van stadgenoten, zoals hier omschreven, hun wortels vinden in het feit dat de commissievergaderingen nog wel eens chaotisch verlopen en er erg veel tijd verloren gaat aan het opheffen van kennisachterstand. Hoeveel raadsleden kunnen bijvoorbeeld een plankaart bij een bestemmingsplan lezen en vertalen in begrijpelijke beelden. Er zijn meer van deze voorbeelden te geven. Je zou de noodzaak voor technische adviesgroepen ook kunnen beperken door de raadsleden er toe te verleiden zich meer in de achtergrond en techniek van onderwerpen waarmee zij zich bezighouden te verdiepen.

Vrijdag 22 augustus 2003

De raadsleden ontvingen deze dag nadere informatie over het voorstel voor de baggerstort naast Vathorst. Ook werden er gewijzigde overeenkomsten tussen de provincie, de gemeente en Smink afgegeven.

De toelichting sluit aan op een informatiebijeenkomst die donderdagavond in allerijl werd georganiseerd. De meeste fracties vergaderden die avond op het stadhuis – Leefbaar Amersfoort doet dat overdag -, de raadsleden werden opgetrommeld voor een extra bijeenkomst om 20.30 uur. Ik ontving de uitnodiging via-via om 20.25 uur. Dat via-via was noodzakelijk, want ik stond met drie andere mensen op de tennisbaan. Ik heb het nagelaten drie mensen te laten hangen, mijn naar huis te spoeden om me te verkleden en stukken bijeen te zoeken en met minstens een half uur vertraging hijgend de vergadering binnen te stappen. Ik ben later op de avond telefonisch bijgepraat.

Al het papier dat vandaag in de bus zat voegde weinig nieuwe argumenten toe betreffende de noodzaak om in te stemmen met een baggerstort van 92 ha naast Vathorst. Ja maar, zo wordt er betoogd, er staat in het bestemmingsplan dat de stort maar 33 hectare groot is. Dat is correct, maar roept dan ook meteen de vraag op waarom de plankaart een gebied van 92 hectare bestemd tot baggerstort. Wat gebeurt er als er niet tijdig alternatieven zijn voor 7 miljoen kuub bagger in de provincie. Wie garandeert ons dat de bijna zestig hectare die volgens het bestemmingsplan een baggerfunctie hebben, niet alsnog in gebruik worden genomen.

Daar zijn hele scenario’s voor uit te schrijven, wat ik op deze beperkte ruimte niet doe. Feit is dat de door mij naar voren gebrachte scenario’s niet als onjuist zijn weggewuifd, ook niet door mensen die het collegevoorstel geheel en al ondersteunen. Wat thans als argument naar voren wordt gebracht is het vertrouwen dat is gegroeid tussen provincie en gemeente. Je zou de goede verhoudingen niet moeten verstoren door aan de aanwijzing van GS te gaan rammelen. Dat klinkt mooi, maar voor mij geldt datgene wat op papier staat. De bestuurders die nu in goede harmonie samen een kop koffie drinken, zijn er misschien over enkele jaren niet meer. En dan gelden alleen nog de papieren regels.

Op de conceptovereenkomsten met de provincie en Smink was maandagavond in de commissie veel kritiek gekomen. ‘Juridisch inderdaad niet zo sterk,’ gaf wethouder Van der Werff toe. Dat kun je na de wijzigingen blijven zeggen. Nee, erger nog: er zijn enkele punten aan toegevoegd die het voor de gemeente Amersfoort alleen maar nog nadeliger maken. Voorlopig zijn deze bezwaren door mij eerst maar eens in een conceptmotie samengevat die dinsdag in de raad aan de orde kan komen. Amersfoort heeft in het verleden al veel problemen gehad door slecht opgestelde contracten, we hoeven die reeks dinsdagavond niet voort te zetten, lijkt mij.

Written by raphaelsmit

25/08/2003 bij 17:51

Geplaatst in Uncategorized

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: