Maandag 22 december 2003
Zonder verbazing het persbericht van het CDA gelezen. Zonder verbazing, want het zat er in dat de CDA-fractie afscheid zou nemen van Gerard van Vliet. Per 1 januari is het dus zover.
Maar wat een koelte in het korte persberichtje. Ongetwijfeld geschreven vanuit een gevoel van verzengende ambitie bij de huidige voorzitster, c.q. wethouderskandidaat. Van een partij als de PvdA of Groen Links zou je een dergelijke omgang met (ex)fractieleden nog verwachten, zie bijvoorbeeld hoe onlangs afscheid is genomen van Fethi Killi. Het CDA had de naam dat men op wat menselijker wijze met elkaar omgaat. Dat is dus niet zo.
Duidelijk begint zich af te tekenen wat ik enkele weken geleden al schreef: de coalitiepartijen maken zich op voor een doorstart. Kritische geesten in eigen rijen worden zonder enige dank voor hun bewezen diensten buiten de deur gewerkt. De VVD heeft al de toezegging gedaan in de richting van de PvdA dat Jan de Wilde op zijn post mag blijven. Het CDA heeft met het, terecht door een krappe raadsmeerderheid afgewezen maar door de VVD-fractie gesteunde, onderzoeksvoorstel voor de baggerstort de absolutie gehaald voor de uitglijder rond de motie van wantrouwen. Bert van der Werff krijgt een andere portefeuille en wordt op die manier van een continuering van inkomen voorzien. Henk Brink mag op 1 februari terugkeren bij zijn oude werkgever, waar hij zich ongetwijfeld meer senang zal voelen dan in de slangenkuil aan het Stadhuisplein. En onze burgemeester mag aanzien hoe een vrijwel onveranderd college terugkeert, met de wetenschap dat de struikelpartij uit de afgelopen anderhalf jaar schaamteloos wordt voortgezet.
Dat Paul Strengers nog steeds niet is geslaagd in het vinden van een informateur, mag geen wonder heten. Het zou mij niet verbazen wanneer degenen die hem op de fractievoorzittersstoel hebben gezet, hem hebben verzocht wat kalm aan te doen. Het werk van de informateur zal niet meer worden dan een formaliteit. Tenslotte moet er ook nog een gesprek met andere partijen worden gevoerd, al is het maar voor het publiek. Zo’n overbodige actie kan je beter laten uitvoeren door iemand die na het overbodige werk verder niets meer heeft te zoeken in het Amersfoortse stadhuis, en daar ongetwijfeld ook niet graag meer zal terugkeren.
Wiegel zei ooit over Den Uijl: een ramp voor het land, maar een zegen voor de oppositie. Met een kleine variatie daarop kunnen we zoiets dergelijks binnenkort ook in onze stad roepen. Arm Amersfoort. De geloofwaardigheid van de stedelijke politiek zal er bij onze burgers niet door toenemen.
Zondag 21 december 2003
Op 12 januari komt de commissie ECO, waar onder meer het ruimtelijke beleid wordt besproken, weer bijeen. Er is een interessante agenda: over het winkelbeleid, het Eemcentrum, de plannen voor de Eemhaven, het antispeculatiebeleid, Amersfoort-Waterstad en het streekplan. Dat laatste punt is ingebracht door de SP, en terecht.
Gedeputeerde Staten hebben in het conceptstreekplan de rode lijnen vastgelegd waarbinnen gemeenten mogen groeien. De rode contour voor Amersfoort lag in feite al vast: er is een aantal bestemmingsplannen vastgesteld die het de stad mogelijk maken om de komende tien jaar verder te groeien: Vathorst voor woningbouw, bedrijven en kantoren, Wieken-Vinkenhoef voor bedrijven die niet in of direct naast een woongebied thuishoren. De overige groeipotentie voor de stad is binnenstedelijk en is vastgelegd in aparte plannen, zoals CSG-Noord en de Spoorwegzone. Het streekplan wordt voor tien jaar gemaakt, eventuele nieuwe behoeften die het komende decennium naar voren komen, kunnen een plaats krijgen in het streekplan waaraan van 2010 wordt gewerkt.
Met de rode contouren voor Amersfoort zit het wel goed, zou je denken. Maar dat is niet de mening van B en W. Verschillende wethouders lijken vast te zitten aan toezeggingen die onderhands te zijn gemaakt met projectontwikkelaars of willen ontwikkelaars in elk geval ter wille zijn. Ontwikkelaars hebben de afgelopen jaren heel wat grond verworven in Vathorst-Noord en Vathorst-West. Enkele jaren geleden heeft de gemeenteraad bepaald dat de Laak, het slootje dat de noordgrens vormt van Vathorst, de grens moet zijn van de stad: ten noorden van de Laak mag niet worden gebouwd.
Dat was een streep door de rekening van ontwikkelaars. De samenwerking tussen hen en ons college en de ambtelijke top is sinds de ontwikkeling van Nieuwland excellent, dus ze hadden er op gerekend dat een suggestieve gedachte in het (in hun eigen opdracht opgestelde) Masterplan voor Vathorst door het gemeentebestuur zou worden overgenomen. De doorkijk die de stedenbouwkundigen op de laatste pagina van het Masterplan schetsten, bood ruimte voor nog eens 3.000 extra woningen over de Laak. Dus werden er snel strategische grondposities ingenomen.
B en W willen de ondernemers uit Vathorst graag een handje helpen, lijkt het. Tenslotte werkt men samen binnen het OBV, en ons kent ons. Dus werd afgelopen jaar eerst de raad geconfronteerd met een bouwprogramma voor Vathorst-West, dat tot nog toe op onvoldoende steun kan rekenen. Ook niet vanuit de provincie, die in dat gebied liever bagger stort. Door het bouwen van woningen in Vathorst-West zouden de ondernemers gecompenseerd kunnen worden voor de problemen die voor hen in Vathorst-Noord zijn ontstaan. Overigens wil het college in Vathorst-Noord op beperkte schaal ook woningbouw toestaan. Dat wordt verkocht onder de term Landgoederen. Voorbeelden elders in ons land wijzen uit dat je onder dat begrip een aantal vlekken met meerdere honderden woningen kunt invullen.
B en W hebben in brief aan Gedeputeerde Staten gevraagd om een aantal zaken in het conceptstreekplan aan te passen, onder meer de rode contour. Daarbij is het oog overigens niet alleen op Vathorst-West gericht, maar ook op het gebied rond de Stichtse Rotonde. De discussie die in de raad werd gevoerd over het bestemmingsplan Berg, heeft al duidelijk gemaakt dat ook bij dat gebied de nodige gevoeligheden leven.
Dat de brief nu op de agenda staat, is terecht. De inhoud hiervan is niet in de commissie besproken, laat staan in de raad. Met het verzoek om het streekplan op een aantal punten aan te passen, loopt het college vooruit op besluiten die binnen de gemeenteraad nog niet zijn genomen, en die misschien ook nooit worden genomen. Alle reden dus om wethouder Van der Werff in de commissie ter verantwoording te roepen.
Geef een reactie