Zaterdag 15 mei 2004
In de serie ‘Amersfoort, wat nu??’ in de Amersfoortse Courant is het deze dag de beurt aan Wim Mosterd. Hij geeft een beschouwing de plaats van de sport in onze stad. Het is niet onlogisch dat Wim Mosterd, die nauw betrokken is geweest bij het Sportfondsenbad, veel aandacht besteed aan de zwemsport. Amersfoort heeft jarenlang bekendheid genoten om zijn zwemprestaties, waarbij het Sportfondsenbad een belangrijke rol speelde. Maar Wim Mosterd stipt meer zaken aan.
Hij wijst op de onterechte scheiding die wordt gemaakt tussen breedtesport en topsport. Een groot aantal gemeenteraadsleden draait al jarenlang aan dezelfde gebedsmolen: breedtesport is politiek correct, topsport is besmet. Bij topsport krijg je te maken met competitie en met commercie, twee begrippen die bij velen binnen het progressieve deel van onze bevolking tot een soort van negatieve opwinding leiden.
Ten onrechte: zonder competitie zouden we in een geheel andere, sterk onderontwikkelde, wereld leven. En commercie is een deel van ons dagelijkse leven waaraan niemand ontkomt en vaak ongemerkt een bijdrage aanlevert. Uiteraard, er zijn genoeg excessieve vormen van commercie waarvan elk fatsoenlijk mens zich afzijdig houdt en commercie als uitgangspunt voor al ons handelen is verwerpelijk. Dagelijkse vormen van commercie, die ook in de sport een rol spelen, moet je accepteren – zeker als je als overheid niet bereid bent voor de sport de middelen beschikbaar te stellen die noodzakelijk zijn.
Laten we erkennen dat topsport vele positieve kanten heeft, in educatieve zin, in sportief opzicht en als recreatie-uiting voor zeer vele stadgenoten. Er zijn voldoende redenen om de relatie tussen breedtesport en topsport te onderkennen. Dat moet zich dan overigens ook uiten in de politieke aandacht en de bereidheid om ook topsport te faciliteren.
De praktijk is echter anders. Zowel breedtesport als topsport vormen binnen het gemeentelijke beleid een sluitstuk, een maatschappelijke activiteit waarop met groot gemak wordt bezuinigd. Leefbaar Amersfoort heeft de afgelopen twee jaar verschillende voorstellen gedaan om de sport in onze stad te helpen. De oprichting van een fonds waaruit noodzakelijke accommodaties kunnen worden bekostigd is één daarvan. In het algemeen ontmoeten we daarvoor wel instemming bij andere fracties. Gaat het echter om het beschikbaar stellen van noodzakelijke financiële middelen, dan geeft niemand thuis.
Wim Mosterd pleit voor een grondige verbetering van het Sportfondsenbad. Ondanks is gebleken dat daarvoor onvoldoende middelen aanwezig zijn. Ik ben het met een aantal uitgangspunten van Wim Mosterd wel eens, maar leg mij minder vast op het Sportfondsenbad. Het Amersfoortse sportleven is dringend toe aan een goed geoutilleerd zwembad, maar elke euro die we daartoe steken in het Sportfondsenbad levert relatief gezien te weinig rendement op, hetzij dat we het bad eerst helemaal afbreken.
Ik pleit voor een nieuw zwembad in Vathorst, aangepast aan de eisen van de georganiseerde zwemsport. Een modern, goed uitgerust overdekt zwembad in Vathorst is voor de meeste bewoners in Amersfoort makkelijker te bereiken als het oude Sportfondsenbad in Amersfoort-Zuid. Het Sportfondsenbad moet wel behouden blijven, maar zal vooral de functie van buurtbad moeten krijgen, voor recreatie en zweminstructie. Een gefaseerd onderhoudsplan moet het behoud van het Sportfondsenbad garanderen. Voor de financiering hiervan zou, naast de SRO – die tevens exploitant is – een externe partij moeten worden benaderd. Deze zal een advies niet moeten baseren op de meest wenselijke situatie voor de exploitant, maar op de beperkte middelen die ons momenteel ter beschikking staan.
Geef een reactie