Politiek Dagboek

Beschouwingen van Raphael Smit over Politiek Amersfoort en Omstreken

leave a comment »

Dinsdag 21 december 2004

Al bijna tien jaar roept de gemeenteraad dat Amersfoort niet zonder disco kan. Echt actie is er echter nooit genomen, er werd lijdzaam gewacht op een initiatief vanuit ‘de markt’. De meest creatieve ideeën kwamen van de inmiddels overleden PvdA-er Kees Meijer, die zich serieus voor de disco inzette en ook zelf met suggesties kwam. Zijn huidige fractiegenoten zijn niet in staat geweest het stokje van hem over te nemen, zodat die de aanvraag van een exploitant om de oude Corsobioscoop tot een disco om te bouwen vrijwel kritiekloos met beide handen aangrepen. Daarbij worden de complicaties die dit initiatief oplevert voor de omwonenden op de koop toe genomen en worden bezwaren zonder veel gene van tafel geveegd.

Vandaag besprak de raad de vestiging van de disco tussen Hellestraat en Westsingel. De kaarten waren uiteraard al geschud en uit angst voor de bewoners evenals het gebrek aan overtuigende argumenten kon een meerderheid van de raad het niet opbrengen om de binnenstadbewoners een referendum toe te staan. Angsthazerij, verborgen onder een dun dek van zwakke overwegingen.

Maar zoals vaak: elke dader maakt ook wel eens een fout. Zonder de consequenties te overzien stemde een deel van de voorstanders van de disco tegen een belangrijk onderdeel van de besluiten die het college aan de raad had voorgelegd. Gevolg: het besluit om in te stemmen met de nota Dansgelegenheid leverde een stemverhouding op van zestien tegen zestien. En omdat bij het staken van de stemmen een voorstel wordt geacht te zijn verworpen, was met een potsierlijke zwaai de nota Dansgelegenheid van het college bij het oud papier beland.

Met dit negatief besluit is in feite de bodem weggeslagen onder het plan om de disco tussen Hellestraat en Westsingel te realiseren. In de nota wordt niet alleen de onderbouwing voor de disco op de plek van de Corsobioscoop gepresenteerd. De nota vormt ook de basis voor de afspraken die zijn gemaakt om de overlast voor de binnenstadbewoners zo veel als mogelijk te beperken. Daarnaast omvat de afgewezen nota het draaiboek voor de verdere ontwikkeling, inclusief de artikel 19-procedure en het noodzakelijke voorbereidingsbesluit. Nu de raad de nota van B en W heeft afgewezen, is er voor het college geen beleidsgrond meer aanwezig om op de voorgestelde weg verder te gaan.

Het college kennende, zal de negatieve uitspraak van de raad worden ontkend en zal al het mogelijke worden gedaan om, los van de uitspraak van de raad, het proces voort te zetten. Nu echter de basis onder de afspraken met de binnenstadbewoners is weggevallen en daarmee ook de gehele inspraak op de tocht is komen te staan, hebben de bewoners een sterk argument toegevoegd gekregen om bij de rechter de initiatieven die het college voor ogen staan aan te vechten.

Alles bij elkaar kan worden gezegd dat – mede door het gebrek aan eigen initiatief – het er naar uitziet dat de lijdensweg voor de disco in de binnenstad extra pijnlijk gaat worden. Het ziet er steeds meer naar uit dat, indien er uiteindelijk toch een disco aan de Hellestraat zou komen, deze zijn poorten opent op het moment dat in het Eemcentrum al wordt gedanst. Het gemeentebestuur zou er beter aan doen om, in plaats van het doordrukken van plannen die op maatschappelijke weerstand stuiten, eigen initiatief te tonen en plekken te zoeken waar wél goede ruimte voor een disco aanwezig is. Want over één ding bestaat in elk geval geen verschil van mening: onze stad moet op korte termijn tenminste één disco hebben, en dat is zelfs nog te weinig.

Maandag 20 december 2004

In 2002 presenteerde het provinciale bestuur zijn Agenda 2010. De provincie had een financiële meevaller – de Remugelden – en wilde dat inzetten voor een aantal mooie projecten. Er werden tien plannen gelanceerd, waarbij er voor elke Gedeputeerde wel iets moois inzat. Ik ken niet de achtergrond van alle tien de plannen, maar van één plan kan in elk geval worden gezegd dat de gemeenteraden van de betrokken gemeenten bij de voorbereiding van de provinciale plannenmakerij niet waren betrokken. Het gaat daarbij om de Schammerplas, een recreatiegebied ten oosten van de A28, grenzend aan Amersfoort maar op het grondgebied van Leusden.

Gemeenteraadsleden uit Leusden die ik kort na de presentatie van de provinciale plannen sprak, waren not amused, zij voelden zich overdonderd. Binnen de Amersfoortse raad genoten de plannen van de provincie nauwelijks enige aandacht: het speelt zich allemaal buiten onze gemeentegrenzen af en de provincie zou voor de kosten opdraaien. Enkele raadsleden wisten hooguit dat een relatie van het provinciale bestuur in het Schammergebied intussen strategische grondaankopen had verricht en economisch belang heeft bij de ontwikkeling van een of meer plassen, respectievelijk zandputten in de omgeving van het Hoevenlaakse kruispunt. Dat werd echter vooral als een te waarderen vorm van goed koopmanschap gezien, een soort win-winsituatie, voor wie dan ook.

Maar intussen wordt ook de provincie met financiële problemen geconfronteerd, wat onder meer leidde tot een zoektocht naar bezuinigingsmogelijkheden binnen de provinciale begroting. Dat daarbij veel meer geld werd gevonden dan eigenlijk noodzakelijk was, zegt vooral wat over de provinciale organisatie en plannenmakerij. Intussen werden de Gedeputeerden in het provinciehuis met wat tegenvallers rondom het beoogde Schammer recreatiegebied geconfronteerd. De belangstelling onder ondernemers om in het gebied pannenkoekenboerderijen, botenverhuurinrichtingen en andere spannende zaken te openen, viel wat tegen. Misschien dat de recreatieve potentie van het gebied wat te rooskleurig was gepresenteerd – een tegenvaller is bijvoorbeeld dat de nog te graven plassen geen geschikt zwemwater opleveren.

We hoorden dus enige tijd niets meer over de Schammerplassen. Tot afgelopen week de Amersfoortse Courant wist te melden dat de provincie op korte termijn in conclaaf gaat met de betrokken gemeenten. Dat is niet alleen Leusden, maar ook Amersfoort. Dat Amersfoort bij de gesprekken wordt betrokken, hangt onder meer samen met de verwachting dat ook bewoners van onze stad gebruik zullen maken van het recreatiegebied tegenover Randenbroek. Vanuit die invalshoek wordt ons college binnenkort ook aangeslagen door het gemeentebestuur van Amsterdam omdat ik daar regelmatig bezoeker ben van het Concertgebouw en het Muziektheater.

De Amersfoortse gemeenteraad heeft nooit aangedrongen op de aanleg van het Schammer recreatiegebied. Maar ineens blijkt de provincie ons gemeentebestuur toch te hebben gevonden en wordt het idee gepresenteerd om Leusden en Amersfoort bij de bekostiging van het provinciale speeltje te betrekken. Dat moet beide gemeenten elk ongeveer vijf miljoen euro gaan kosten, en dat in een tijd dat ook deze twee gemeenten alles op alles moeten zetten om hun eigen begroting sluitend te krijgen.

Mijn opvatting is simpel. De provincie heeft een plan gedropt, dan moet ze ook zelf de rekening betalen. Indien Amersfoort vijf miljoen beschikbaar heeft voor extra groene recreatie, dan leven er binnen de gemeenteraad nog wel hele andere ideeën. Om er maar een te noemen: je zou de onrendabele top bij de kosten voor het groenhouden van het Heiligerbergerbeekdal met dit geld kunnen afdekken, waardoor de wens van een groot aantal stadgenoten in vervulling kan gaan. Het is maar een idee!

Written by raphaelsmit

22/12/2004 bij 11:03

Geplaatst in Uncategorized

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: