Politiek Dagboek

Beschouwingen van Raphael Smit over Politiek Amersfoort en Omstreken

leave a comment »

Communiceren moet nog worden geleerd

Vrijdag 22 september 2006

De klachten zijn niet nieuw: er wordt vanuit het stadhuis te weinig gecommuniceerd, de afdeling communicatie is introvert, raadsleden moeten veel informatie uit tweede hand ontnemen. Hoe vaak gebeurt het niet dat je als raadslid wordt geconfronteerd met een protest van bewoners uit de stad over een bouwplan dat in ontwikkeling is, en je als raadslid moet constateren dat je helemaal niet wist dat het betreffende bouwplan in aantocht was.

De informatie aan de raad is opgehangen aan de officiële procedures. Toonzettend daarbij is de besluitvorming binnen het college. De raadsleden krijgen na de collegevergaderingen raadsinformatiebrieven en zijn opgenomen in de maillijst voor de persberichten. Daarnaast levert de besluitenlijst van het college informatie op, maar als raadslid moet je wel zelf op zoek naar de zogenaamde hamerstukkenlijst, waarin soms relevante punten de revue passeren.
Maar er gebeurt natuurlijk veel meer in onze stad, veel meer waarbij ook onze gemeentelijke overheid is betrokken. Dat was een van de redenen dat ik onlangs via schriftelijke vragen (nog niet beantwoord) vroeg of de raadsleden geïnformeerd kunnen worden over bouwprojecten die het gezicht van de stad bepalen. En als volksvertegenwoordiger zeg ik: de informatie uit het stadhuis naar de raadsleden moet zo breed mogelijk. Ik vind het telkens weer een falen op het gebied van de communicatie tussen stadhuis en raadsleden wanneer ik via de mensen in de stad zaken moet ervaren die binnen de ambtelijke organisatie al lang bekend zijn.

Een treffend voorbeeld hiervan doet zich de komende dagen weer voor. Afgelopen woensdag reed ik door Vathorst en merkte dat de Boulevard weer een paar honderd meter is gegroeid. Dat vind ik het weten waard, al is het maar omdat vanaf de Boulevard nu ook de Holleweg in Hooglanderveen is te bereiken, evenals de Scheidingsweg richting Nijkerkerveen. Feitelijk ontbreekt in de Boulevard alleen nog het laatste deel waarin zich het nog te bouwen viaduct over de Van Tuijllstraat bevindt.
Het nieuwste stukje Boulevard is tevens de toegang tot het te ontwikkelen kantorengebied Podium. Over dit gebied is al heel wat gesproken, ook binnen de raad. Raadsleden – waaronder in – maken zich zorgen over de trage ontwikkeling van dit gebied. De gemeente is voor eenderde participerend in de ontwikkeling van deze kantorenlocatie, elk uitstel kost de gemeente geld.
Tot mijn verrassing zag ik bij het voorlopig einde van de Boulevard, op het terrein van Podium, een grote heimachine staan. Door toeval had ik onlangs de (niet voor mij bestemde) tekeningen gezien van een eerste kantoorgebouw, maar hoever het met de ontwikkeling is, was mij niet bekend. Schijnbaar begint de bouw binnenkort.
Dat moet vreugdevol zijn voor ons college, eindelijk kan er een concreet feit over deze zorgwekkende locatie worden meegedeeld. Uiteraard kan het ook zijn dat het college de raad niet serieus neemt en het de dames en heren een rotzorg zal zijn of raadsleden zich bezorgd tonen over het niet zo succesvol verloop van de risicovolle ontwikkelingsactiviteiten.

De bevestiging van mijn vreugdevolle constatering kreeg ik twee dagen later via e-mail. Niet door een memo of andere informatievorm vanuit het college in de richting van de raadsleden. De informatie over de, voor onze stad niet onbelangrijke, lang verwachte start in Podium ontnam ik uit de weekagenda van het college, waarin werd meegedeeld dat wethouder Van ’t Veld op donderdag 28 september de eerste paal slaat in de kantorenlocatie Podium. Wat er precies komt, welke firma, hoeveel vierkante meter, wanneer de oplevering plaatsvindt en noem maar op, dat kunnen de raadsleden de dagen daarna uit de media ontnemen!
Wat voor mooie tijden waren het toen het gemeentelijke informatievak nog niet was verbureaucratiseerd en het veelal oud-journalisten waren die de goegemeente over het gemeentelijke wel en wee informeerden. Die noemden zich dan ook niet ‘communicatiemedewerker’, maar gewoon ‘voorlichter’, want daar gaat het om!

Moeten we zo nodig goeien?

Donderdag 21 september 2006

‘Bespreekbaar’ is de speelse titel van de discussie die deze dag plaatsvindt tussen politici en ondernemers. Het initiatief voor het gesprek gaat uit Martin van Hoogevest, het gesprek vindt deze avond voor de tweede keer plaats. Een avond waarop alle aanwezigen, aan de hand van een aantal stellingen, frank en vrij van gedachten wisselen over de economie, de mobiliteit, de ruimtelijke ordening, de cultuur en het recreatiebeleid in onze stad. Afspraken worden er niet gemaakt, of het moet de afspraak zijn dat dit soort ontmoetingen de moeite waard is om te continueren.

Dertien stellingen passeerden de revue, in een strak tempo geleid waarbij type’s die soms net iets te breedsprakig zijn (ik reken mijzelf daartoe) kundig in toom werden gehouden door een professionele gespreksleider. Uiteraard kwamen er ook stokpaardjes aan de orde, maar wie over zaken als de Westtangent begon, die kreeg enige tijd niet meer het woord. Nieuwe gedachten werden gevraagd, al was dat bij veel stellingen misschien weer net iets te veel gevraagd!

Een aardige stelling luidde: ‘Bevorderen van Openbaar Vervoer en alternatieve vervoersstromen levert slechts een beperkte bijdrage op’. Het ging uiteraard om het verbeteren van de mobiliteit! Ik kon mij wel vinden in deze stelling.
Er zijn raadsleden die er van uitgaan dat je met openbaar vervoer, zoals dat in onze stad wordt geboden, mensen uit hun auto krijgt. Een utopie! Zolang de gemeente nog persberichten uitgeeft bij het veranderen in de dienstregeling van stadslijnen van een uurdienst in een halfuurdienst, heeft het verbeteren van het openbaar vervoer nauwelijks effect op het gedrag van mensen die een auto voor de deur hebben staan. Uiteraard is openbaar vervoer wel noodzakelijk, in elk geval voor diegenen die niet over eigen adequaat vervoer beschikken.
Maar voor de rest moeten wij het accepteren dat in een stad met een hoofdzakelijk suburbane woonbebouwing de auto voor velen hét vervoermiddel is. Een openbaar vervoernet met de lijnvoering en frequentie zoals we die in onze stad hebben, zal daar weinig aan veranderen. En over het gratis openbaar vervoer, waarmee de PvdA de verkiezingsmarkt opging, hoor ik ook niets meer!

Een andere stelling luidde: ‘Zonder groei kan het economisch klimaat van Amersfoort niet overleven.’ Da’s kul! Ik ben in principe niet tegen groei, maar indien dat het leefklimaat in onze stad en zijn omgeving negatief beïnvloedt, dan hoeft het voor mij niet.
Zo’n dertig jaar geleden was Hilversum een 100.000-plus stad. Omdat er geen groeimogelijkheden waren en men in Het Gooi verstandig genoeg was het aanwezige bos- en heidegebied te sparen, telt Hilversum thans nog nauwelijks 80.000 inwoners. En toch heeft deze stad een uitgebreid winkelcentrum (aantrekkelijker dan Amersfoort), woonbuurten waar het goed is te leven en is de bedrijfsstructuur door goede binnenstedelijke herontwikkelingen, zoals de oude drafbaan, nog steeds bij de tijd. Oké, Hilversum heeft een groot verkeersprobleem – maar dat pleit eerder tegen groei dan daarvoor!
We hoeven in onze stad dus niet bedroefd te zijn wanneer de groei er een beetje uitgaat. Uiteraard moet je wel creatief blijven in je beleid en op economisch en woontechnisch gebied blijven innoveren. En verder: een krimpende stad kan daarentegen een deel van zijn beleidsambtenaren ontslaan. Maar ja, daar zit natuurlijk precies de pijn!

Written by raphaelsmit

25/09/2006 bij 14:57

Geplaatst in Uncategorized

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: