Onze nieuwe collegekamer
Zaterdag 24 februari 2007
Op de Leusderweg trof ik deze dag Geert Groeneveld, spraakmakende fractievolger van de SP. Het gesprek draaide zich uiteraard om enkele politieke actualiteiten. Een daarvan is de verbouwing van de collegekamer waarover Geert tijdens de komende Ronde vragen gaat stellen. De verbouwing van de collegekamer heeft ongeveer 150.000 euro gekost. Voor dat bedrag bouw je een gezinswoning in de sociale klasse, uiteraard exclusief grondkosten.
Ik ben het met Geert eens: zoiets is absurd. Naar ik heb begrepen is bijna 90.000 euro van dit bedrag bestemd voor personeelskosten. Wanneer ik zo iets hoor, moet ik altijd denken aan het verhaal dat oud-wethouder Bert van der Werf mij vier jaren terug op beeldende wijze vertelde.
Toen hij tot lid van het college was gekozen, wilde hij de inrichting van zijn kamer (die inderdaad weinig aanlokkelijk was) aanpassen. Dat leidde tot het instellen van een soort van ‘bouwcommissie’ waarin talloze ambtenaren zitting hadden en ellenlange coördinerende gespreken hielden. Uiteraard werden deze uren ten laste van ‘het project’ geschreven. Uiteindelijk kwam er een voorstel uit waarvoor de nieuwe wethouder zijn hele woning had kunnen inrichten. Wie Bert van der Werf kent, zal niet verbaasd zijn over zijn reactie: hij schakelde een eigen timmermannetje in die het karwei voor een gering deel van de ambtelijk geschatte kosten uitvoerde. Uiteraard maakte de wethouder zich hiermee niet populair bij enkele ambtenaren, maar wat hij deed was juist.
Het zal bij de collegekamer wel net zo zijn gegaan als vier jaar geleden bij de wethouderskamer, zij het dat er nu geen collegelid was die het initiatief overnam en een minder bureaucratische prijs wist te bewerkstelligen.
Amersfoort en het openbaar vervoer
Vrijdag 23 februari 2007
Vandaag vond in de raadszaal een symposium plaats dat werd georganiseerd door Rover, de vereniging van reizigers met het openbaar vervoer. Onderwerp was: is basismobiliteit en ‘gratis’ ov naar Vlaams model haalbaar voor Nederland? Rover had het woord ‘gratis’ zelf tussen aanhalingstekens gezet, verschillende inleiders benadrukten dat openbaar vervoer nooit gratis is. De vraag is alleen: wie betaalt, de gebruiker of de overheid, eventueel in combinatie met andere partijen.
Een boeiende bijeenkomst waarbij veel ervaringen, ook uit Vlaanderen, werden uitgewisseld en waarbij naar voren kwam dat experimenten op het gebied van gratis openbaar vervoer, zoals wij die ook in Amersfoort meemaken, in elk geval tot een intensiever ov-gebruik leiden. Hoeveel mensen er hun auto voor laten staan, is minder duidelijk. Ik mistte wel de spitse opmerkingen die tijdens het afsluitende politieke forum werden gemaakt, maar politieke fora over dit onderwerp – en over meer onderwerpen – kunnen mij nog nauwelijks boeien. Ze zijn te voorspelbaar, zeker in verkiezingstijd.
Wel boeiend vond ik het gesprek in de pauze met Edwin Hinloopen van onze plaatselijke PvdA-fractie. Hij heeft onlangs voorgesteld om het openbaar vervoer in onze stad gratis te maken. De bekostiging zou moeten plaatsvinden door het parkeren van auto’s in de binnenstad vijftig procent duurder te maken. De parkeertarieven in onze stad zouden dan meteen tot de top in ons land behoren. Het bekostigingsvoorstel bewijst dat Edwin iets aan de realiteit voorbij denkt, maar hij gelooft er in en is dus makkelijk uit de tent te lokken en op de kast te jagen.
Ik ben een groot voorstander van gratis openbaar vervoer, maar hoe je het zou moeten betalen weet ik nog niet. Ook geloof ik niet in het beoogde effect: mensen te laten overstappen van de eigen auto naar het milieuvriendelijker openbaar vervoer. In onze grote steden zou dat nog opgeld kunnen doen, maar in het suburbane Amersfoort is het bijkans onmogelijk om grote aantallen mensen uit de eigen auto te lokken. Met het bekostigingsvoorstel van Edwin jaag je ze naar de winkelcentra in Nijkerk, Bunschoten, Hilversum en Zeist – zeker de bewoners in de nieuwe, noordelijke delen van onze stad.
Hoe ga ik zelf met gratis openbaar vervoer om? Ik mag tot 31 mei gratis met de bus, maar heb er tot nog toe geen gebruik van gemaakt. De voor mij dichtbijzijnde bushalten liggen op ruim 600 meter afstand, het Eemplein ligt iets dichterbij maar is alleen via de weinig uitnodigende, tochtige open ruimte van het toekomstige Eemplein te bereiken. In de tijd dat ik naar de bushalte loop en op een bus moet wachten, ben ik meestal met de eigen auto al op de plaats van bestemming.
Openbaar vervoer functioneert alleen maar optimaal als er voldoende bussen in een aantrekkelijke frequentie (en dat is meer dan één keer in het half uur) rijden en de halten goed zijn te bereiken. En op dat laatste punt is onze stad niet zo voortvarend. Neem Vathorst, waar de ringboulevard is voorzien van een eigen tracé voor het openbaar vervoer, althans tússen en niet óp de rotondes. Wie midden in het gebied De Velden woont, of in het noordelijke gedeelte van Laak, moet een behoorlijke weg afleggen om een halte te bereiken. Gewoon dus een planologische misser, gemaakt in een tijd dat iedereen al de mond vol had van het stimuleren van het openbaar vervoer. En zo kent onze stad meer missers.
Niet verrassend: het college over de Van Tuylstraat
Donderdag 22 februari 2007
Het college heeft dus toch besloten om de Van Tuylstraat in Hooglanderveen gedurende de zomermaanden af te sluiten en daarmee het dorp voor een belangrijk deel onbereikbaar te maken voor zijn omgeving. De voorspelling die ik na de laatste raadsvergadering in deze rubriek deed, komt dus uit. Ik was overigens verbaasd over het aantal mensen binnen de raad die op z’n minst de inruk wekten enige hoop te putten uit de toezegging van het college. Dan kennen zij wethouder Luchtenveld, die politiek niet anders functioneert dan vóór zijn uitstapje naar de Tweede Kamer, nog niet goed genoeg. De wethouder is een trouw onderdeel van onze stadhuisbureaucratie en wijkt dus zelden of nooit af van ambtelijke plannen – zeker niet in dit geval.
Tien dagen geleden leek het er op dat een meerderheid in de raad hoe dan ook een positief gebaar in de richting van de al veel geplaagde bewoners van Hooglanderveen wilde maken. Het voorstel van de wethouder om de zaak nog even twee weken aan te houden, was daarom ook niet meer dan een greep naar de noodrem. Ik ben nieuwsgierig hoeveel raadscollega’s nog steeds op het standpunt staan dat je de bewoners van Hooglanderveen niet mag laten bloeden voor slechte timing van de kant van de gemeente en het OBV.
Ik vermoed overigens dat het besluit van het college in belangrijke mate is ingegeven door keiharde toezeggingen die, al dan niet via het OBV, al zijn gedaan in de richting van de bedrijven die met het werk rondom de nieuwe tunnel zijn belast.
Vandaag start de bouw van het Eemplein
Woensdag 21 februari 2007
Dit is een bijzondere dag, hoewel maar weinig mensen in onze stad zich dat zullen realiseren. Op deze dag zou de bouw moeten starten van het Eemplein. Althans, volgens de laatste planning die aan geïnteresseerde raadsleden beschikbaar is gesteld. Het is de planning waarbij wordt uitgegaan van een oplevering van het Eemplein in het jaar 2009, het jubeljaar voor onze stad.
Vorig jaar had het college, in antwoord op schriftelijke vragen die ik stelde, al gemeld dat enige vertraging was opgetreden. Deze zou echter gedurende het werk worden ingehaald. Toen nog later bleek dat de vertraging verder was opgelopen, merkte de verantwoordelijke wethouder op dat het streven naar oplevering in 2009 nog wel bestond, maar dat de kwaliteit niet onder de tijdsdruk mag lijden. Nou, dan weet ik het wel!
Onlangs sprak ik een functionaris die bij de ontwikkeling van het commerciële deel van het Eemcentrum is betrokken. Hij verklaarde dat de ontwikkelaar in feite gereed is maar dat de ambtelijke afhandeling van de bouwaanvragen en alles wat daarmee samenhangt, uiterst moeizaam verloopt. Ook zonder deze opmerking krijg ik steeds meer de indruk dat de werkelijke oorzaak van de vertraging vooral bij de gemeente ligt.
Deze opvatting wordt bevestigd omdat ik – door een aangenaam toeval – intussen over alle tekeningen beschik die bij het voorlopig ontwerp behoren. Ik heb de door mij gewenste woning bij wijze van spreken al uitgezocht en weet al welke muurtjes voor mij niet hoeven te worden opgetrokken. De enige tekeningen die ik mis zijn die van het culturele deel, het gebouw van de architecten Neutings Riedijk. In dit gebouw moeten de bibliotheek, de Scholen voor de Kunst, het regionale archief en het popcentrum een plaatsvinden. Bij zoveel gebruikers en de daarmee samenhangende wens naar meervoudig gebruik van verschillende ruimten, is een intensieve discussie tussen opdrachtgevers en architecten eenvoudigweg niet te voorkomen. En dat kost schijnbaar meer dan de geplande tijd.
Geef een reactie