Twitteren: fluiten met een vals geluid
Woensdag 31 maart 2010
Ik twitter niet! Bij het woord ‘twitteren’ moet ik altijd aan vogels denken die ’s morgens vroeg op hun boomtak zitten te fluiten. Wat ze fluiten, is voor deze vogels waarschijnlijk niet zo belangrijk. Ze zijn er en willen iedereen laten merken dat ze er zijn, ook al zullen veel toehoorders denken: wat heb ik aan dat nietszeggende gefluit. En zo twitteren deze vogels dan verder.
Ik luister dus niet naar het onnodige getwitter. Komt er eens een opmerkelijk gefluit uit de om aandacht vragende bekjes, dan is er altijd wel iemand die mij dat vertelt. Zoals vandaag. Ik heb mijn kritiek geuit op onze wethouder Jeugdzaken, Ger Boeve. Er is zinloos geld uitgegeven voor een vrijwel mislukt project (Plek Zat), zinloos vooral omdat het grootste deel van het geld niet is uitgegeven voor de inhoud van het project, maar voor opgeblazen overhead.
De wethouder, zo hoorde ik, heeft de afgelopen dagen al twee keer getwitterd dat hij mij niet begrijpt (hij begrijpt meer niet, maar dat is intussen algemeen bekend). Ik zou hem, zo twittert hij, een verwijt maken dat er zinloos geld is uitgegeven, maar ik zou hem eigenlijk dankbaar moeten zijn. Immers, dankzij hem is het zinloze project voortijdig stopgezet waardoor zo’n twee ton geld is gespaard.!
Oké, ik accepteer dat de wethouder toegeeft dat er een einde is gemaakt aan het zinloos uitgeven van gemeenschapsgeld. Maar dat dit te danken is aan zijn inspanning, gaat me iets te ver. In mei van het vorige jaar stelde ik schriftelijke vragen over Plek Zat, samen met Simone Kennedy van de Christen Unie en Henk Jan Barske van de VVD. In de beantwoording van die vragen werd inderdaad aangekondigd dat het project Plek Zat voortijdig werd beëindigd.
Kort nadat deze antwoorden binnen waren, sprak ik een festivalorganisator uit Vathorst. Deze merkte op dat vanuit Plek Zat een bijdrage aan het beoogde festival was toegezegd. Deze toezegging was echter onverwacht ingetrokken. De motivering daarbij, gegeven vanuit Plek Zat, was: ‘Er zijn vragen gesteld vanuit de gemeenteraad en daarom kunnen wij geen geld meer uitgeven.’
De wethouder zal best het formele woord hebben uitgesproken. Maar dat was dan niet zijn verdiensten , maar een noodzakelijkheid nadat door vragen uit de raad aan het licht was gekomen dat er bij de uitvoering van het project Plek Zat het een en ander niet goed zat. Wij, de raadsleden, moeten de wethouder dus niet dankbaar zijn om zijn initiatief; de wethouder moet ons dankbaar zijn omdat zonder onze vragen er nog meer geld zou zijn uitgegeven en de wethouder uiteindelijk nog dieper in de shit zou zijn beland!
In de kunst kan slechts diegene iets nieuws zeggen, die dom genoeg is om niet te weten dat alles al een keer eerder is gezegd.