Politiek Dagboek

Beschouwingen van Raphael Smit over Politiek Amersfoort en Omstreken

Archive for maart 2008

leave a comment »

Raad wordt met verkeerde getallen misleid

Zaterdag 22 maart 2008

‘Amersfoort bijna vrij van harddrugs’. Aldus een krantenkop, vandaag in de Amersfoortse Courant. Het aantal drugsverslaafden dat gebruikt maakt van de opvang aan de Kleine Haag is verrassend snel afgenomen, aldus Maliebaanmanager Van Vliet tegenover de redactie van de krant. Daarbij is nog op te merken dat het aantal potentiële bezoekers, harddrugsverslaafden dus die een beroep doen op de opvang aan de Kleine Haag, waarschijnlijk nog aanmerkelijk lager is dan het getal van 21 dat nu wordt genoemd. Bij dat getal gaat het om de administratief nog ingeschreven verslaafden, maar deze administratie bevat waarschijnlijk een groot aantal personen die de opvang intussen niet meer frequenteren.

Maar los van de administratieve kanttekening: 21 is natuurlijk behoorlijk minder dan de zestig verwachte bezoekers. Dat het getal van zestig nogal hoog was gegrepen, werd overigens al jaren geleden door tegenstanders van de opvang aan de Kleine Haag opgemerkt, nog voordat het centrum werd geopend. Maar wie in die tijd vraagtekens bij de getallen zette, werd door ons gemeentebestuur weggehoond.
De hoge prognose is volgens mij geen toeval. Stichting Maliebaan, van wie dit getal afkomstig was, had er alle belang bij om een zo hoog mogelijk aantal bezoekers voor de opvang te voorspellen. Hoe hoger het aantal te verwachte bezoekers, hoe hoger de te verwachte subsidie voor deze organisatie en hoe meer werkgelegenheid Stichting Maliebaan voor zijn eigen mensen kon creëren. Boze tongen beweren dat er intussen op de eerste verdieping van de opvang aanmerkelijk meer functionarissen een bureau hebben staan, dan er patiënten zijn op de begane grond. De opvang van drugs- en alcoholverslaafden is – die conclusie mag je trekken – intussen big business binnen de welzijnsector.

Dat kan je bijvoorbeeld ook constateren bij de dagopvang voor dak- en thuislozen aan de Stovestraat. Deze voorziening moet via het Smallepad uiteindelijk aan de Kleine Haag belanden, als het aan het college ligt. Velddeskundigen hebben de afgelopen maanden hun kanttekeningen gezet bij het aantal reële klanten dat door de stichting Iks in de Stovestraat worden opgevangen.
Onder de dagelijkse bezoekers bevindt zich een groot aantal personen die helemaal niet dak- of thuisloos zijn. Zo is er een groep allochtonen die de Stovestraat als ideale plek hebben ontdekt om tegen minimale kosten een kaartje te leggen. Ook ontvangt de Stovestraat psychische patiënten voor wie elders in de stad gerichte opvang aanwezig is. Ga je alle bezoekers van de opvang in de Stovestraat die er niet thuishoren, ook werkelijk weren, dan blijft er een aantal over waarmee de door het college gewenste opvangvoorziening aan de Kleine Koppel ver boven de maat is. Wat overigens ook consequenties zou moeten hebben voor de subsidie die de stichting Iks voor deze opvangvoorziening gaat ontvangen.

Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat de gemeenteraad met opzet verkeerd wordt geïnformeerd over de werkelijke behoefte aan opvangruimte voor dakloze verslaafden in onze stad. Daardoor is in het verleden voor de Kleine Haag al veel te veel geld gespendeerd, meer dan de ‘welzijnsmaffia’ wil erkennen. Datzelfde dreigt waarschijnlijk ook wanneer we dure opvangvoorzieningen aan de Leusderweg en Hogeweg – uiteraard voorzien van een royale en goed betaalde opvangstaf – gaan realiseren.
Onder de waan van zieligheid wordt de gemeenschap veel geld uit de zak geklopt, geld dat we beter kunnen uitgeven aan stadgenoten die het echte maatschappelijke steun hebben: mensen die thuishulp nodig hebben of die voorzieningen wensen om, ondanks ziekte of leeftijd, een menswaardig bestaan te kunnen leiden. Maar ja, daar verdienen de functionarissen van Maliebaan, Iks en het Leger des Heils niet voldoende aan – die hebben baat bij het inrichten van te dure en wellicht deels overbodige eigen voorzieningen.

Hoe onbetrouwbaar is een MER-rapport?

Vrijdag 21 maart 2008

De Milieu Effect Rapportage voor het droog storten van ingedikte bagger op de vuilnisberg van Smink ligt ter inzage. De provincie heeft zich al positief over het rapport uitgelaten. Na alles wat wij de afgelopen jaren rondom de bagger hebben meegemaakt, verbaasd mij de uitslag van de MER-rapport niet. Zelfs niet het feit dat deze MER andere conclusies omvat dan vorige onderzoeken, toen het nog ging om het storten van bagger in met water afgedekte putten achter het bedrijfsterrein van Smink. De provincie en Smink, dat zijn vier handen op een buik, dus wat kan je anders verwachten.

Voor de goede orde: de MER is opgesteld in opdracht van de aanvrager voor de nieuwe hinderwetvergunning, Smink. De uitgangspunten voor dit onderzoek zijn geen thema geweest binnen de Amersfoortse gemeenteraad, het is een verantwoording van de provincie die optreedt als vergunningsverstrekker en die er op dit punt geen enkel belang bij heeft de Amersfoortse gemeenteraad al in een vroeg stadium bij het proces te betrekken. Waar de belangen van de provincie liggen, hebben we enkele jaren geleden gezien toen de provincie tegen de wil van het Amersfoortse gemeentebestuur in via een aanwijzingsprocedure de toen geplande baggerstort er doorheen drukte.
Ik moet de MER nog inzien – ik hoop dat veel onafhankelijke deskundigen dat ook gaan doen – maar ik zet nu al vraagtekens bij een aantal conclusies. Er is geen gevaar voor verwaaien van vervuilde stof, verklaart het door Smink ingehuurde bureau dat de MER heeft geschreven. Dat gevaar wordt geband doordat de te storten bagger wordt gemengd met ander afval.
Ik zal het hier niet hebben over de vraag of dat andere afval dan zo superschoon is. Wat ik wel wil opmerken is het feit dat er naast de vijf meter extra hoogte van de vuilberg, nodig voor het storten van de bagger, dus nog tenminste een gelijke hoeveelheid ander afval moet worden gestort waarmee de bagger kan worden gemengd – en als je goed wil mengen misschien zelfs wel veel meer. Ik heb daarbij het idee dat lang niet al het afval dat dagelijks de poort van Smink passeert, geschikt is om met bagger te mengen. Houtafval en ander ondeelbaar materiaal lijkt mij geen goed vermengingmateriaal. Dat geldt overigens ook voor verontreinigd afval dat nu al wordt aangeleverd en dat een speciale behandeling moet ondergaan.

Al met al: het is eigenaardig dat enkele jaren het storten van bagger in een met water afgedekte put als beste oplossing werd genoemd om ongewenste overlast voor de omliggende woonwijken (Vathorst, Nieuwland en Kattenbroek) te voorkomen en dat nu juist het tegendeel wordt beweerd. Ik raak het gevoel niet kwijt dat hier sprake is van gelegenheidsmotieven, er op gericht om de firma Smink van voldoende omzet te voorzien en de provincie van een moeilijk probleem af te helpen. Ten laste van tienduizenden inwoners uit Amersfoort, dat wel.

Overheid heeft schuld aan maatschappelijke verharding

Donderdag 20 maart 2008

De verharding binnen de Nederlandse samenleving wordt in belangrijke mate veroorzaakt door het optreden van de overheid. Dat schrijft de nationale ombudsman, Alex Brenninkmeijer, in zijn jaarverslag 2007. Het is interessant te weten dat de nationale ombudsman ook optreedt bij klachten die tegenover het gemeentebestuur van Amersfoort worden geuit.

Ik neem de opmerkingen van de ombudsman serieus. De voorbeelden die hij noemt, liegen er niet om. Maar tegelijk kan ik dan opmerken dat het daarbij ook net zo goed de Amersfoortse overheid is die zijn bijdrage levert in de door de ombudsman geconstateerde verharding. Het gemeentebestuur in Amersfoort probeert op veel plekken een goede indruk te scheppen, waarbij kwistig gebruik wordt gemaakt van zelf aangestuurde publiciteit, geproduceerd door een toenemend aantal communicatieadviseurs.
Uiteraard, op veel plekken lukt het ons gemeentebestuur best wel om klantvriendelijk op te treden. Maar daar staat tegenover dat veel mensen die een probleem krijgen met onze gemeentelijke overheid, merken dat ze tegen een bureaucratische, introverte en juridisch doorgeschoten organisatie aanlopen. Veel burgers die geconfronteerd worden met de gemeentelijke overheid, bijvoorbeeld bij het aanwijzen van plekken voor overlastveroorzakende groepen of het handhaven van overbodige regels, hebben het gevoel dat de overheid er niet is voor zijn burgers, maar dat de burgers zich maar hebben te schikken naar een autonome ambtelijke organisatie.

Het zou goed zijn wanneer men binnen de stadhuismuren de opmerkingen van de nationale ombudsman serieus neemt. Om de geconstateerde verharding, mede veroorzaakt door het optreden van de overheid, tegen te gaan is echter een cultuurverandering in het ambtelijke denken binnen het stadhuis noodzakelijk. Op verschillende plekken vindt dat ook plaats, er zijn best goede voorbeelden te noemen. Het zijn echter de harde koppen binnen het stadhuis, de ambtenaren die – al dan niet samen met private partijen – vanuit een eigen agenda werken, die het aanzien van de overheid schaden en daarmee verantwoordelijk zijn voor een verharding binnen onze maatschappij die het leefklimaat binnen onze samenleving ernstig schaadt.

Meten met twee maten, list en bedrog

Woensdag 19 maart 2008

Enkele weken geleden presenteerden Carefors, in samenwerking met Motiva, een alternatief voor de dagopvang aan de Stovestraat. Er werd een ruimte aangeboden in de Isselt, aan de kant van de binnenstad, waarbij goede aansluiting kon worden gevonden op dagactiviteiten die nu al – tegen geringe kosten – door deze organisaties wordt geboden. Raadsleden werden uitgenodigd om met de beschikbare ruimte en het beschikbare dagbestedingspakket kennis te maken. Zij waren enthousiast.

Wethouder Van Daalen was dat minder. Hij liet weten de aangeboden mogelijkheid voor dagopvang onwenselijk te vinden. Instemmen met dit aanbod zou in elk geval betekenen dat er wordt afgeweken van de afgesproken procedure voor het vinden van opvang voor dak- en thuislozen, al dan niet verslaafd. Het alternatief zou niet passen binnen de criteria. Carefors en Motiva konden de raadsleden op overtuigende wijze aantonen dat de basisgedachte achter de zoektocht naar opvangvoorzieningen spoorde met het door hen aangeboden alternatief.
De bezwaren van wethouder Van Daalen kwamen mij weer voor de geest toen ik vandaag de locaties vernam voor de opvang van verslaafden en dak- en thuislozen. In het gepresenteerde rijtje dook ineens de locatie Kleine Haag op. Deze locatie heeft in het gehele voortraject geen rol gespeeld. De gemeenteraad had deze locatie niet opgenomen in de zogenaamde shortlist, de locatie was niet betrokken bij de uitgebreide inspraakronde en er is tot nog toe geen enkel motief genoemd waarom de locatie aan de Kleine Haag nu ineens het hoogst scoort, dit na het doorlopen van een weloverwogen en kritisch begeleide zoektocht, inclusief informatie- en inspraakronde waar de locatie Kleine Haag niet in voorkwam.

Het gevoel dat zich direct bij mij opdringt, is: hier helpen stadhuisambtenaren bevriende organisaties die in de problemen dreigen te raken nu allerlei prognoses over opvangbehoefte in de vuilcontainer kunnen worden gedeponeerd. Ambtenaren en medewerkers van de Maliebaan hebben enkele jaren geleden moord en brand geschreeuwd en daarbij miljoenen euro’s overheidsgeld bij de gemeenteraad weten los te peuteren. Intussen blijkt dit over de kling gejaagd geld te zijn.
Om het gemarchandeer tussen hulporganisaties en medewerkers binnen het stadhuis te verdoezelen, moet de locatie aan de Kleine Haag ineens een andere functie krijgen. Hierdoor wordt de indruk gewekt dat het geld dat onder valse motieven uit de gemeentekas is gegoocheld, toch nog een nuttige functie heeft. Gezien het feit dat de locatie aan de Kleine Haag ineens, aan alle afgesproken procedures voorbij, als oplossing naar voren wordt geschoven, kan hier slechts worden gesproken over wanbeleid. Ik ben nieuwsgierig of een meerderheid binnen de gemeenteraad hier zonder slag of stoot mee akkoord gaat!

Written by raphaelsmit

23/03/2008 at 14:55

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

PvdA continueert veroordeelde verkiezingsstijl

Dinsdag 18 maart 2008

Twee weken geleden stuurde een van de leden van de PvdA-fractie een open brief aan mijn fractievoorzitter. De brief begon met de constatering: ‘De BPA is al maanden op verkiezingscampagne.’ De vervolgens daarvoor aangedragen argumenten waren niet zo indrukwekkend, maar toen ik dit las had ik wel het idee dat het betreffende PvdA-raadslid vooral bezig was met zijn eigen permanente verkiezingscampagne. Gezien zijn plaats op de kandidatenlijst van de PvdA en de verwachting dat deze partij de komende verkiezingen op verlies mag rekenen, is deze kamikazeactie begrijpelijk. Terecht nam de fractievoorzitter van de PvdA afstand van grote delen van de open brief.

Is de PvdA op permanente verkiezingscampagne? Of was het slechts een actie van een zich in het nauw gedreven fractielid? Ik vermoed: beide. In die overtuiging werd ik gesterkt door het persbericht dat de PvdA vandaag rondstuurde. Het persbericht ging over de rol van het wegens onoorbare verkiezingspraktijken veroordeelde ex-raadslid Ramon Smits. In het persbericht werd meegedeeld dat de PvdA het op prijs stelt dat Ramon Smits zich blijft inzetten voor de permanente campagnecommissie van de PvdA. Dus toch!
Het was overigens een vreemd persbericht. Het deelde mee dat Ramon Smits zich maatschappelijke blijft inzetten voor de PvdA. Alsof je daar als partij trots op moet zijn! In het persbericht werd tevens meegedeeld dat zowel Ramon Smits als de PvdA van mening zijn dat de komende raadsverkiezingen een goed moment voor het veroordeelde raadslid zijn om weer in de Amersfoortse politiek terug te keren.

Voor de goede orde: het is het recht van Ramon Smits om zich actief in te zetten voor een politieke partij en om naar een raadszetel te streven. Toch moet je als partij wel in grote nood verkeren wanneer je nu al een positief persbericht rondstuurt waarin je Ramon Smits als een hernieuwde aanwinst voor je organisatie naar voren schuift.
Van mij mag hij. Vanuit campagneoverwegingen zou ik bijna willen zeggen: graag zelfs! Ik verheug mij nu al op de openbare debatten waarin Ramon Smits zich als een betrouwbaar en oprecht volksvertegenwoordiger tracht te presenteren. We zullen tegen die tijd zijn lever proeven en de blijkbaar door de PvdA geaccepteerde verkiezingscultuur, zoals door Ramon Smits vertegenwoordigd, aan de kaak stellen.

De problemen bij stadsverwarming

Maandag 17 maart 2008

Een deel van de woningen in Vathorst is niet op het aardgasnet aangesloten. De warmte voor deze woningen wordt geleverd vanuit een warmtecentrale, koken moet elektrisch plaatsvinden. Het gekozen systeem moet een positieve bijdrage leveren aan het milieu, vooral door een beperking in de CO2-uitstoot. De warmtelevering vindt plaats door Eneco, die op dit punt een monopoliepositie inneemt.

De centrale warmtelevering heeft een bijzondere geschiedenis. Oorspronkelijk zou er aan de westkant van Vathorst een biomassacentrale komen. Door het verstoken van houtafval zou elektriciteit worden opgewekt, de daarbij resterende warmwaterproduktie zou voor het verwarmen van een deel van de woningen in Vathorst worden ingezet. De biomassacentrale bleek echter niet haalbaar te zijn, van het systeem van wijkverwarming is echter niet afgeweken.
Op zich is er niets verkeerds aan dit besluit. De problemen dat de afgelopen twee jaren zijn opgetreden, hebben de keuze voor centrale warmtelevering echter in een minder gunstig daglicht gesteld. In de praktijk blijken zeer veel bewoners met energierekeningen te worden geconfronteerd die fors hoger zijn dan een gezin in een nieuwbouwwijk in het algemeen gewend is. We spreken daarbij over vele honderden euro’s per jaar.

Met het oog hierop werd deze dag een informatieavond georganiseerd in het Informatiecentrum Vathorst. Aan de hand van cijfers werd aangetoond dat het allemaal niet zo’n vaart loopt. Hogere energierekeningen zijn volgens Eneco vooral te wijten aan een verkeerd gebruik van de installatie. Toegegeven werd dat het aan voorlichting en een goede instructie heeft ontbroken. Dat bewoners als gevolg van deze miscommunicatie bedragen tussen de 500 en 1000 euro meer aan energie hebben moeten betalen blijkt, volgens het management van Eneco, een vorm van jammer te zijn. Restitutie als gevolg van onvoldoende informatie is niet aan de orde.
Dat het in de toekomst allemaal beter gaat, ging er bij velen tijdens de zeer druk bezochte bijeenkomst niet in. Het wantrouwen werd extra versterkt omdat op vragen naar informatie over de economie achter het systeem niet werd ingegaan. Ook de uitslag van een onderzoek dat Eneco, samen met de gemeente en de OBV, heeft gehouden, waren niet beschikbaar. In elk geval moest Eneco toezeggen dat over een half jaar tijdens een nieuwe bijeenkomst aan de orde moet komen of er van alle toezeggingen die deze avond werden gedaan inderdaad iets terecht is gekomen.

Voor mij persoonlijk was de avond extra interessant. Niet alleen als raadslid, maar ook als toekomstige huurder van een appartement in de Bascule, de eerste woontoren in het noordelijke deel van De Laak. Ik verhuis naar een appartement van vrijwel gelijke oppervlakte en uitrusting als mijn huidige woning, drie jaar jonger dus isolatietechnisch nog meer geavanceerd, gebouwd door dezelfde aannemer als die voor mijn huidige appartement. Ik kan mijn nieuwe maandelijkse Eneco-afrekeningen dus naast die van mijn huidige adres leggen en in een oogopslag zien wat de waarde is van het door Eneco bejubelde zogenaamde ‘Niet-Meer-Dan-Anders’ (NMDA) beginsel!

Het aanzien van de stad

Zondag 16 maart 2008

Deze dag slechts een constatering. De bouw van het nieuwe pand voor de Rijksdiensten aan het Smallepad is intussen zover gevorderd dat ik vanuit mijn woning in elk geval kan constateren hoe de gevel aan de spoorzijde er uit gaat zien. Kort samengevat: een wat plat U-vormig geveldeel van twee tot vijf verdiepingen hoogte in stro met daarbinnen een geveldeel van vier verdiepingen geheel van glas.
Ik krijg er geen vlinders van in mijn buik, in tegendeel. Het is niet spannend en zeer massaal. Het kwalijke daarbij is dat het de zijde van het gebouw is waar dagelijks tienduizenden treinreizigers passeren. Hadden we al deze mensen niet een wat boeiender deel van een van de architectonische hoogstandjes in onze stad kunnen bieden?

Written by raphaelsmit

18/03/2008 at 13:40

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

Gedachten vanuit een grieperig bed

Vrijdag 14 maart 2008

Enige dagen geplaagd zijn door griep verstoort het bijhouden van een dagboekreeks. Dat wil niet zeggen dat er geen waarnemingen meer plaatsvinden en geen gedachten worden gevormd. Een kleine greep daaruit, opgeborreld gedurende de afgelopen tien dagen.

Amersfoort Kindervriendelijk

Uit een provinciaal onderzoek blijkt dat Amersfoort tot de minst kindervriendelijke gemeenten in onze provincie behoort. Dat valt wat tegen voor een gemeentebestuur dat zich op de borst klopt over het jeugdige elan van de stad. Slechts de stad Utrecht steekt ons naar de loef.
Maar je kunt vraagtekens zetten bij zo’n onderzoek. Hoe groter de stad, hoe slechter de score, blijkt uit het onderzoek. Dat is logisch: hoe groter de stad, hoe groter de concentratie van sociaal minder sterke groepen binnen onze samenleving. Dat is eigen aan een stad. Jammer, moet je zeggen, maar opmerkelijk is het niet.
En toch ben ik nieuwsgierig naar de reactie van ons college. Dat is altijd trots als een aap met vijf lullen wanneer de stad weer eens mooi scoort of wanneer het jeugdig elan op de een of andere wijze onder de aandacht komt. Wat doet het met de constatering dat we als stad nou ook weer niet zó kindvriendelijk zijn?

Het college en de bouwwereld

‘Zo ga je niet met buurgemeente om’ kopt de Amersfoortse Courant. Geciteerd werd een gedesillusioneerde wethouder uit Leusden. Onze buurgemeente was in overleg over de aankoop van een stukje grond in het Leusden uitbreidingsgebied ‘t Spieghel dat Amersfoort in bezit had. Waarom Amersfoort in Leusden grond bezit, dat weet ik ook niet, maar dat is een andere vraag. Hoewel Amersfoort met Leusden in gesprek was over de verkoop, blijkt ons college de grond ineens te hebben verkocht aan Schipper Bosch.
Schipper Bosch? Dat is toch de ontwikkelaar waar Jan de Wilde, vanaf de einddagen van zijn wethouderschap, enige tijd in dienst was als directeur? En is dat niet de ontwikkelaar die steeds, nog voor andere zich dat realiseren, op strategische plekjes in onze stad onroerend goed blijkt te bezitten?
De transactie zal formeel wel kloppen. Maar als college moet je toch op z’n minst de wijsheid hebben om te begrijpen dat een dergelijke transactie, terwijl je nog in overleg bent met een bevriende buurgemeente, het onlustgevoel dat bij veel burgers in onze stad heerst maar weer eens bevestigt. ‘Zie je wel: gemeentebestuur en bouwers, het ligt onder een deken, onderneemt samen snoepreisjes en speelt elkaar de bal toe!’ Dat is een opvatting die bij steeds meer doorsnedenburgers in onze stad leeft. Met een handelswijze als bij het stukje grond in Leusden versterk je dat gevoel. Wat meer wijsheid bij het college was op zijn plaats geweest.

Juristen die hun maatschappelijke taak vergeten

Recreatiepark Midland Parc is een pijndossier. Het gemeentebestuur heeft in het verleden fout op fout gestapeld, (ex)ambtenaren hebben zich laakbaar gedragen, een rapport van de Rekenkamer was vernietigend, een projectontwikkelaar is de lachende derde en de bewoners zitten er met de gebakken peren. Permanente bewoning is er verboden, maar dat blijkt niet te gelden voor een van de bewoners die zich daarbij kan beroepen op overgangsrecht.
De gemeente maakt het deze bewoner op Bokkeduinen zo moeilijk mogelijk. Het gaat daarbij niet om een geslepen zakenman, maar om eenvoudige arbeider die alle processen die de gemeente hem aanspant intussen nog maar nauwelijks kan betalen. Drie weken geleden werd het zesde proces gevoerd, dit keer voor de Raad van State, en weer werd de gemeente in het ongelijk gesteld.
Loopt de gemeente hierbij materiele schade op? Neen! Ontstaat er een dramatisch geval van jurisprudentie? Neen! Het enige wat lijkt te spelen is het gezichtsverlies van een gemeentelijke jurist. Het is juristeneigen: je gaat voor je eigen gelijk, al moet je daarvoor over lijken gaan. Zeker als het je geen cent kost en de gemeenschap voor schade van al de verloren procedures mag opdraaien.
Er bestaan schijnbaar juristen die niet begrijpen dat een gemeentebestuur er voor zijn burgers is, en niet om de juridische blazoen van een van zijn medewerkers van elke smet te vrijwaren. Als normale burger denk ik dan: kom, juridische gelijkhebber, geef eens toe dat ook een burger wel eens gelijk kan hebben, zeker wanneer verschillende rechters dat al hebben bevestigd.
Ik hoor de tegenwerping al: je kent niet alle feiten. Nou en? Ik ben geen jurist maar een volksvertegenwoordiger die daarnaast ook enige zorg heeft voor het aanzien van het openbaar bestuur. Juristen die in dienst van de overheid optreden, moeten zich realiseren dat zij ook een maatschappelijk plicht hebben, ook tegenover individuele burgers voor wie onze overheid hoedster is. Steeds opnieuw je gelijk proberen te halen, ook als je al de pin op de neus hebt gekregen, past hier niet bij. Hier ligt overigens ook een taak voor ons college, de burgemeester daarbij op de eerste plaats.

De lakschade in de raadszaal

De raadszaal is opgeknapt. Over de kosten zal ik het nu niet hebben, mijn kritiek daarop heb ik al eerder geuit. Alleen al voor de prijs van de stoelen (de meerderheid van de raad koos voor de duurstmogelijke oplossing) kan je zo ongeveer een complete basisschool inrichten. Maar dat terzijde.
Onderdeel van de opknapactie was het lakken van de houten wand in de raadszaal. Uit de briefwisseling tussen een burger uit onze stad en onze griffier blijkt dat er bij het lakwerk het een en ander is fout gegaan. Verbazingwekkend wanneer je je voorstelt hoeveel ambtenaren zich over de coördinatie en begeleiding van de kostbare renovatieactie hebben gebogen.
Gezien de extra kosten, ben ik er voor om het maar te laten voor wat het is. Meestal is het zo dat op de een of andere wijze het gemeentebestuur uiteindelijk toch de kosten moet dragen voor de fouten van anderen, laten we dit keer de beurs maar eens dichthouden.
Tegen de gewoonte in lijkt het er op dat men er op het stadhuis ook zo over denkt. Ik vermoed dat deze zuinigheid vooral heeft te maken met het feit dat het een burger van buiten het stadhuis is die de fout heeft ontdekt. Door het werk nog eens over te laten doen, laat je je als gemeentebestuur natuurlijk wel erg in de kaart kijken!
Een troost voor de oplettende burger: zijn kritische noot zal worden gearchiveerd en wordt opgenomen in het onderhoudsplan van de gemeente. Dat archief zal wel rond zijn.

Cijfers

Ik had het niet moeten doen, maar dinsdagavond toog ik toch naar het stadhuis. De ronde heb ik nog mogen meemaken, bij Het Besluit lag ik al weer onder de wol. Al met al was ik dus wel aanwezig bij de discussie over de Doelstelling voor Amersfoort Vernieuwd. Vreemd, hoor ik sommigen al zeggen: jullie hebben vorige maand toch al alle plannen vastgesteld, en nu gaan jullie nog over de doelstellingen praten? Jawel, de wegen binnen het openbaar bestuur zijn soms bochtig en onoverzichtelijk – voor je het weet beland je in een doodlopende weg. Een troost voor de bewoners in de vernieuwingsbuurten: ook al komen we er met de doelstellingennota niet uit, de stadsvernieuwing gaat door!

Aan de doelstellingennotitie was niet veel mis. De hoofddoelstelling is dat over twaalf jaar in achterstandswijken de leefbaarheid substantieel is verbeterd. Chapeau! De notitie gaf op gedetailleerde wijze aan hoe de raad wordt geïnformeerd over de voortgang. Prachtig! Allerlei subdoelstellingen zijn nader uitgewerkt. Zeer verstandig!
Om dat alles nog te onderbouwen, kregen de raadsleden ook nog eens een brei van getallen aangereikt. Meten is weten, dus feitelijk is dat toe te juichen. Mits die getallen natuurlijk stevig in de grond staan. En daar heb ik zo mijn twijfels. Zo blijkt het rapportcijfer dat bewoners in Randenbroek aan hun wijk geven, momenteel 6,7 te zijn. In 2020 moet dat rapportcijfer 7,1 zijn. En in Liendert scoort de sociale samenhang momenteel 4,8. Dat moet in 2020 een 5,5 zijn.
Met streefcijfers als deze moet je voorzichtig zijn. Voor een periode van, pak weg, vier jaar kan je er nog wel wat mee. Maar dertien jaar! In die tijd kan de economie zijn gekiept, zijn er misschien wel corporaties dankzij het kabinetsbeleid failliet gegaan, zijn demografische ontwikkelingen uit de hand gelopen of heeft de gemeenteraad zijn beleid intussen weer enkele keren geactualiseerd. Kort en goed: de ambitie om een rapportcijfer (een momentopname!) in dertien jaar te willen laten stijgen met 0,4 punt: waar ben je mee bezig?
Ik hoop niet dat er raadsleden zijn die over enkele jaren de organisaties die bij de stadsvernieuwing zijn betrokken gaan afrekenen omdat een score niet met 0,4, maar slechts met 0,3 is opgelopen. En misschien lopen ze helemaal niet op omdat we als raad gewoon veel dingen niet in de hand hebben. Een zinloze discussie dus. Maar met de stadsvernieuwing moeten we door gaan!

Herinrichting Asch van Wijckstraat

Er liggen plannen voor de herinrichting van de Asch van Wijckstraat, de verbinding tussen de Stadsring en het Stationsplein. Het gemeentelijke plan ziet er keurig uit: tweerichtingsverkeer over de volle lengte en meer overzicht bij de Vlasakkerweg. En er is een alternatief plan van de SGLA waarbij voor het verkeer richting station gebruik wordt gemaakt van de route Troostwijkstraat (naast het politiebureau), Smallepad en Wijersstraat.
Vorige week werden in De Eenhoorn de plannen gepresenteerd. Ik was er zelf aanstichter van dat beide plannen, van de ambtenaren en van de SGLA, gelijkwaardig aan de omwonenden en andere belanghebbenden werden voorgelegd. En ik moet zeggen: mijn complimenten. Beide plannen werden neutraal gepresenteerd, allebei keurig uitgewerkt en zonder een gestuurde toelichting.
Qua ‘stroomlijning’ spreekt mij het gemeentelijke plan het meeste aan. Maar het SGLA-voorstel is ook niet slecht en het heeft een groot voordeel: er hoeft minder voor overhoop te worden gehaald en het kost minder. De komende weken worden opmerkingen uit de informatiebijeenkomst verwerkt (er werd expliciet meegedeeld dat deze er wel degelijk toe zullen doen), daarna krijgt de raad het vorstel voorgelegd. Omdat het effect van beide plannen gelijkwaardig lijkt, kies ik vooralsnog voor de goedkoopste oplossing, maar uiteraard wacht ik even het totale voorstel af!

Zet haast achter de creatieve vrijplaats

Dinsdag 4 maart werd het plan ‘Discover!’ gepresenteerd, een initiatief van de Creatieve Stad. Het plan heeft betrekking op het Oliemolengebied, het open terrein tussen de Erdalfabriek en Zandvoort aan de Eem. Hier moet ruimte worden geboden voor startende ondernemers in de creatieve sector. Vijftien jaar lang is het terrein bestemd voor deze initiatieven, gedurende die tijd is er ruimte voor semi-permanente bouwsels alvorens hier een definitief, nu nog niet bekend, plan wordt ontwikkeld.
‘Discover!’ is een mooi idee, dat aansluit op ideeën die vorige maand voor de rand van dit gebied, aansluitend op het te ontwikkelen Eemplein, werden gepresenteerd. Eigenlijk kan je maar een ding zeggen: snel beginnen, geen gedraal. Dat vereist wel dat er binnen het stadhuis met zo min mogelijk bureaucratie wordt gewerkt aan de nodige vergunningen en de aanleg van voorzieningen. Ik ben nieuwsgierig of de charmes van wethouder Mirjam van ’t Veld hierbij wonderen kunnen verrichten!

Written by raphaelsmit

14/03/2008 at 13:27

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

Waar blijft het geld van minister Vogelaar?

Vrijdag 29 februari 2008

Wethouder Jelle Hekman heeft met minister Vogelaar gesproken, de raadsleden ontvingen vandaag een beknopt verslag van de ontmoeting. Het gesprek vond plaats met nog zeventien wethouders uit steden die het genot mogen smaken een ‘Vogelaarwijk’ binnen hun grenzen te hebben. Of de minister echt over Amersfoort heeft gesproken, of meer in algemene zin informatie heeft verstrekt en de details aan haar ambtenaren heeft overgelaten, is mij uit het verslag van de wethouder niet duidelijk geworden.

Wat wel duidelijk is, is de wens van het college om in mei, als de minister onze stad bezoekt, het zogenaamde Charter te tekenen. Het Charter is de overeenkomst tussen de gemeente en de minister over de aanpak van Kruiskamp – alsof daar al niet jaren aan de stadsvernieuwing wordt gewerkt. In het concept voor de Charter staan concrete maatregelen van de gemeente, grotendeels te betalen door de woningcorporaties, tegenover een aantal vage opmerkingen van het Rijk. Het gaat daarbij om algemene beleidsmaatregelen van het Rijk die grotendeels geen geld kosten en in veel gevallen alleen maar extra werk voor de gemeente opleveren. In het beste geval levert de Charter ongeveer drie ton op, tegenover vijf miljoen die de corporaties moeten ophoesten.
Afgelopen dinsdag heeft de raad, tijdens een ingelaste bijeenkomst voor de woordvoerders op het gebied van de stadsvernieuwing, duidelijk kenbaar gemaakt dat we geen behoefte hebben aan een Charter die nauwelijks enig Rijksgeld oplevert maar de gemeente wel met erg veel extra verplichtingen opzadelt. Als je ziet hoe de gemeente allerlei verplichtingen op papier moet zetten en daarover moet rapporteren, dan kan je slechts stellen dat de extra kosten die de gemeente moet maken niet of nauwelijks opwegen tegen de drie ton waarmee het Rijk over de brug komt, waarbij een deel van de toezeggingen nog vaag en onzeker is.

De minister wil in mei het Charter dus wel tekenen. Ze zal deze actie ongetwijfeld met veel poeha benadrukken om te laten zien hoezeer zij is begaan met de stadsvernieuwing in ons land. Dat kan je makkelijk doen met het geld van anderen, zonder daarbij zelf diep in de beurs te tasten. Het gesprek dat Jelle Hekman met de minister heeft gevoerd, heeft in elk geval geen extra geld opgeleverd. Mijn conclusie mag duidelijk zijn: ik zit er niet om het imago een falende minister op te poetsen. Zonder echt beleid en extra middelen hoeft voor mij het Charter niet te worden getekend.

Communicatieadviseurs met koudwatervrees

Donderdag 28 februari 2008

‘Amersfoorts’ is een nieuw medium in onze stad. Het is een interactieve internetsite waaraan naast enkele professionele mensen een groot aantal vrijwilligers een bijdrage leveren. Stefan Steenkamp, oud-medewerker van Omroep Amersfoort, is de trekker. Onder zijn leiding is er bij een aantal gebeurtenissen in onze stad een camera aanwezig en wordt over het wel en wee in onze stad kond gedaan. Het is in elk geval een waardevolle aanvulling op het nieuws dat andere media in onze stad presenteren.

Nieuws via internet is een relatief nieuw fenomeen. Stefan Steenkamp wil dit zo goed mogelijk brengen, maar stuit daarbij op soms onverwachte problemen. Dat wordt duidelijk uit een geschreven nieuwsbericht dat op ‘Amersfoorts’ is opgenomen. Daaruit blijkt dat de ambtelijke organisatie op het stadhuis nog niet weet wat het aanmoet met de nieuwe wijze van journalistiek in onze stad.
De redactie van ‘Amersfoorts’ wil graag de persberichten van de gemeente ontvangen. Maar dat gaat natuurlijk niet zomaar! Uit het nieuwsbericht op ‘Amersfoorts’ blijkt dat de communicatieadviseurs van onze gemeente de nodige eisen hebben. Ik ga ze hier niet opsommen, maar uit alles blijkt dat ze er op het stadhuis maar moeilijk mee hebben. De communicatieadviseurs op het stadhuis hebben immers als belangrijkste opgave de leden van het college af te schermen van de buitenwereld en het collegebeleid – krom of recht – zo goed mogelijk te verkopen. Dat een leerling-verkoper bij C en A daar soms nog beter in slaagt, laat ik maar even buiten beschouwing.

Hoe dan ook: het ziet er naar uit dat ‘Amersfoorts’ alleen maar gemeentelijke persinformatie kan krijgen indien ze zich bindt aan een aantal afspraken die er aan moeten bijdragen dat de gemeentelijke bureaucratie, inclusief dus het college, zo goed mogelijk in het daglicht kan treden. Het begrip ‘eerlijke voorlichting’ komt daarbij uiteraard goed op de tocht te staan, maar de gemiddelde communicatieadviseur op ons stadhuis is dan ook niet meer dan een gewone ambtenaar die de pretentie heeft aardig met de pen te kunnen omgaan.
Ik zou het toejuichen wanneer een nieuw medium de zelfgenoegzaamheid die onze stadhuisorganisatie eigen is, eens tegen het licht houdt. Uiteraard mag je daar wel de eis aan stellen dat dit op een journalistiek aanvaardbaar niveau gebeurt, kritiek wint aan geloofwaardigheid indien dat op een professionele wijze plaatsvindt.
En voor de rest blijf ik bij de opvatting die ik ook twintig jaar geleden had, toen ik zelf nog voorlichter in Amsterdam was. Die luidde: iedereen die zich als journalist meldt en het waar kan maken dat hij een medium bedient, komt op de postlijst. Dat het dan misschien eens verkeerd loopt, is de prijs voor een transparant bestuur. Zoals het er nu naar uitziet, zouden originele geesten als bijvoorbeeld Julius Vischjager (een journalistiek fenomeen in de hoofdstad en Den Haag) in Amersfoort nooit een kans krijgen. En dat zou jammer zijn!

Proef Amersfoort en de Hof

Woensdag 27 februari 2008

De discussie over Proef Amersfoort duurt voort. Kan Proef Amersfoort een plek krijgen op de Hof, indien daar gelijktijdig ook Koninginnedag wordt gevierd, dat is de vraag. Neen, vond het college in eerste instantie – om korte tijd daarna toch om te gaan. Intussen blijkt dat de politie in eerste instantie het gelijktijdig laten plaatsvinden van twee gebeurtenissen op de Hof niet zo verstandig vond. Het vervelende bij dat alles is dat twee groepen zich beroepen op ingeslepen rechten: Proef Amersfoort dat vanaf zijn start zijn tenten op de Hof opsloeg, en de stedelijke horeca voor wie de Hof op 30 april een belangrijk moment was, al was het maar door de extra omzet.

Het alternatief voor Proef Amersfoort zou de plek aan de Grote Koppel zijn. Geen gek idee, want na de kostbare vernieuwing van de Eemkades ligt de Grote Koppel er grote delen van het jaar wat verweesd bij. Echt gezellig – als bewoner op deze plek heb ik recht van spreken – is het er niet, behalve in de zomerweekenden wanneer er tientallen plezierjachten liggen of de zeldzame momenten dat er iets plaatsvindt: de intocht van Sinterklaas of een middeleeuwse markt bijvoorbeeld. Proef Amersfoort zou op deze plek niet misstaan.
Ja maar, hoorde ik vanuit het college roepen, omstreeks Koninginnedag wordt ook de eerste paal geslagen voor het Eemcentrum, en dat is moeilijk te combineren met de aanwezigheid van Proef Amersfoort. Ik heb wel eens betere smoezen gehoord. Al was het maar omdat het intussen duidelijk is dat de bouwwerkzaamheden aan het Eemplein misschien pas na de bouwvak starten. We krijgen dan dus net zoiets als de eerste paal voor de Hogeschool Utrecht, op de plek tegenover het geplande Eemplein. Drie weken geleden werd er voor het nieuwe, omvangrijke studiegebouw een eerste paal geslagen. Sindsdien heerst er kerkhofstilte op deze plek.

Voor mij had Proef Amersfoort op de Grote Koppel mogen plaatsvinden. De vraag is, of dat nog mogelijk is. Het college moet binnenkort een uitspraak doen, nadat een week geleden de hoorzitting plaatsvond waarin de bezwaren tegen Proef op de Hof werden behandeld. Indien het college vasthoudt aan het besluit om Proef Amersfoort op de Hof te laten plaatsvinden, zullen de tegenstanders van dit besluit ongetwijfeld naar de rechter lopen.
De echte problemen ontstaan dan indien bij de rechter om schorsing van het collegebesluit wordt gevraagd totdat de rechter een definitieve uitspraak heeft gedaan. Dat zou kunnen betekenen dat Proef helemaal niet kan plaatsvinden, hetzij dat het college zo verstandig was om een noodscenario te laten uitwerken zodat de locatie Grote Koppel alsnog binnen handbereik komt. Ik vrees echter het ergste, zoveel courage vertrouw ik ons college niet toe. En dat zou jammer zijn, want als trouw bezoeker van Proef Amersfoort zou ik het betreuren indien de organisatie dit jaar vastloopt, met het gevaar dat het dan voor goed uit en over zal zijn.

Een nieuwe manege – de royale uitleg van een raadsmotie

Dinsdag 26 februari 2008

Dingen kunnen soms anders lopen dan je als raadslid verwachtte. In december 2005 nam de raad in meerderheid de motie ‘Een plu tegen de regen’ aan. Het ging daarbij om de paardensportvoorziening aan de Engweg in Hoogland. Zo’n twintig jaar geleden moesten de leden van De Eemruiters en ponyclub De Hooglandertjes, toen nog gevestigd op een plek waar nu Kattenbroek ligt, wijken voor de nieuwbouw. Aan de Engweg werd een nieuwe bak aangebracht en werd een houten kantine neergezet. Zo’n twintig ruiters, waarvan bijna de helft jonger dan zeventien jaar, is regelmatig met paard of pony aan de Engweg aan te treffen, de overige leden bezoeken de kantine.

In het najaar van 2005 vroeg de vereniging om de bak te mogen voorzien van een afkapping. Jeugdige amazones presenteerden een zelfgemaakte maquette. Enkele palen en een plat dak, voorzien van groene begroeiing: dat beeld bemiddelde de maquette en zo werd het ook toegelicht. Waarom niet, vond een meerderheid binnen de raad, en ook de omwonenden zagen niet direct problemen.
En zo ging de vereniging aan de slag, bijgestaan door intussen enthousiast geworden medewerkers van de gemeente. Het platte dak was ineens geen plat dak meer, maar een echte kap. De wat eenvoudige constructie evalueerde tot een hecht bouwwerk, een hal waar een deel van de zijwanden zijn weggelaten – voorlopig althans. En de hoogte week ineens ook af van het schattige plannetje dat door hartvertederende jonge amazonetjes was gerepresenteerd. Ruim acht meter hoog is de nieuwe maat, hoger dan veel huizen in de omgeving.

Dat de omwonenden hiertegen in het geweer gingen, is niet meer dan logisch. Er werd bezwaar aangetekend tegen de artikel 19-procedure en er werd een hoorzitting georganiseerd. En ach, het resultaat was voorspelbaar, alle bezwaren werden afgewezen. Bij lezing van de afhandeling van de zienswijzen door het college begin je opnieuw te begrijpen waarom het vertrouwen in het openbaar bestuur bij steeds meer mensen tot een nulpunt is gedaald. Burgers staan veelal machteloos tegenover de eigen agenda van onze bureaucratie.

Had de gemeenteraad niet kunnen ingrijpen? Dat was mogelijk geweest. De raad had de uitvoering van haar motie kunnen controleren. De pech is dat de uitvoering van de motie geheel buiten het gezichtsveld van de raad plaatsvond. Pas tien dagen geleden trokken omwonenden bij raadsleden aan de bel: Koos Voogt, Fethi Kili en ik hadden elk een gesprek met de georganiseerde omwonenden. We waren ontstelt en besloten tot een gezamenlijke actie: op deze wijze voer je toch geen moties van de raad uit!
Formeel was er niets aan de hand. De raad nam een motie aan, het college voerde uit. Oké, de communicatie met de omwonenden was niet je dát, maar gaat het ooit anders binnen onze stad? PvdA, VVD en BPA hadden nog op de rem kunnen trappen, mits we tijdig op de hoogte waren gebracht. Nu restte ons, na naspeuringen binnen de stadhuisorganisatie, de constatering dat in januari de bouwvergunning al was verleend. En zo zijn er weer enkele raadsleden bij wie enig cynisme over het functioneren van het gemeentelijk apparaat nieuwe voedingsbodem heeft gekregen. Maar niet alleen bij ons, ook bij een groep inwoners van onze stad, en dat vind ik nog het ergste!

Zorgen over de ziekenhuisbouw

Maandag 25 februari 2008

Het was een simpel berichtje in de Staatscourant, maar de kop alleen al was verontrustend: ‘Ziekenhuizen koersen af op bouwstop’. Niet onbelangrijk voor onze stad: Volgend jaar moet de eerste paal de grond in voor het nieuwe Meanderziekenhuis aan de Maatweg. Het nieuwe ziekenhuis wordt een belangrijke hoeksteun binnen de stedelijke gezondheidszorg en moet twee sterk verouderde ziekenhuizen gaan vervangen.

Het artikel in de Staatscourant was gebaseerd op een brief van de NVZ, de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen. De brief was gericht aan minister Klink. Dat de noodklok werd geluid, had alles te maken met het nieuwe bouwregime dat sinds 1 januari van dit jaar geldt voor de ziekenhuizen. Ziekenhuizen mogen vanaf deze datum zonder toestemming van de overheid nieuwbouw plegen. Dat lijkt mooi, maar daar staat tegenover dat de overheid de afschrijvingen en kosten van de investeringen niet meer vergoedt. De ziekenhuizen moeten die zelf terugverdienen.
Minister Klink heeft de Tweede kamer verzekerd dat door de nieuwe regeling geen enkel ziekenhuis failliet mag gaan (die mogelijkheid is dus theoretisch aanwezig!). De minister zegde een commissie van wijze mensen toe die in probleemgevallen met een regeling moet komen en die spelregels moet opstellen. De Kamer nam een motie aan waarin de versnelde instelling van deze commissie werd gevraagd, hetgeen de minister toezegde. Het staat nu echter al vast dat deze commissie er voorlopig nog niet is, waardoor de onzekerheid onder ziekenhuisdirecties alleen maar toeneemt.

Je mag slechts hopen dat het allemaal niet zo’n vaart loopt. De brandbrief van de NVZ bewijst echter dat er aanleiding is voor zorg. En als die zorg bestaat, dan zou dat ook betrekking kunnen hebben op de nieuwbouw in onze eigen stad. Voor mij reden genoeg om het college te vragen hoe het er nu precies voorstaat en wat de eventuele gevolgen voor de gezondheidszorg in onze stad zijn indien de zorg van de NVZ terecht is.

Written by raphaelsmit

02/03/2008 at 16:19

Geplaatst in Uncategorized