Politiek Dagboek

Beschouwingen van Raphael Smit over Politiek Amersfoort en Omstreken

Archive for september 2007

leave a comment »

Vathorst in ontwikkeling

Woensdag 26 september 2007

Vathorst is en blijft een boeiend gebied, een nieuwe stad tegenover Amersfoort, aan de andere zijde van de A1. In veel opzichten is het een typische vinexwijk: kleine kavels, te weinig parkeerruimte, winkels die te lang op zich laten wachten, ontoereikend openbaar vervoer. Maar dat is een te negatief beeld van deze nieuwe wijk. Vathorst is ook: afwisselende architectuur, een bedrijvengebied dat zich begint te ontwikkelen, een ambitieus nieuw winkelcentrum in aanbouw, een bloeiende bewonersvereniging en talloze mensen die de nieuwe wijk zien als inspiratiebron voor nieuwe activiteiten, met als sprekendste voorbeeld het cultureel centrum De Kamers.

Deze dag nam een groep raadsleden deel aan de jaarlijkse toer door het gebied in aanbouw. De deelname viel wat tegen, maar dat geldt niet voor het enthousiasme. Deze keer werd een tocht afgelegd langs een aantal voorzieningen, waarvan een deel nog in planning of bouw is. De tocht wordt afgesloten met de presentatie van twee nieuwe deelgebieden: De Bron en Laak 2A.
Opvallend bij De Bron is de voortdurende aanpassing van de centrale vijver: in de eerste plannen een rechte plas in het midden van de wijk, nu een plek waar scholen, een manifestatieterrein en speciale woningen door water worden omgeven. Opvallend is dat het aandeel hoge bouw, nu in de vorm van een rij appartementengebouwen, lijkt te zijn toegenomen, waardoor in elk geval op de tekeningen een deel van de oevers van de plas een bijna stedelijke indruk maakt.
In De laak gaat het roer, naar het zich laat aanzien, geheel om. Geen rechte grachten meer, omzoomd door merendeels platgedaakte woningen. Meanderende straten, vrijwel uitsluitend puntdaken, behouden boerderijen en een minder strak grachtenpatroon lijken de nieuwe wijk te gaan kenmerken. Van stad- naar dorpskarakter. Omdat het dwingend hoge aantal woningen per hectare niet ingrijpend zal veranderen, ben ik nieuwsgierig naar de uitvoering. De presentatie was prachtig, maar dat is het kenmerkende voor inleidingen die architecten en stedenbouwkundigen bij hun plannen geven.

Waarom kan het werk aan de spoorwegtunnel niet sneller?

Dinsdag 25 september 2007

Het werk aan de spoortunnel kan niet sneller, aldus een woordvoerder van de gemeente tegenover de Amersfoortse Courant. Ik geloof daar niet in. Niet zozeer omdat er maar zo weinig mensen op het werk aanwezig zijn (wat met uitzondering van de tunnel in Hooglanderveen bij gemeentelijke werken altijd het geval is!). En ook niet zozeer omdat onze gemeente een traditie heeft opgebouwd met het slechts plannen van werken in de weg, die altijd langer duren dan een normaal mens zich kan voorstellen en daarbij vaak ook nog uitlopen in tijd.

Wat mij stoort in de verklaring van de gemeentelijke woordvoerder is het argument. De regenafvoeren moeten worden vervangen en beton heeft tijd nodig om te harden, zo luidt de verklaring. Toen ik dat las, moest ik denken aan mijn buurman ruim vijf jaar geleden, die zijn nieuwe aanbouw liet voorzien van een kelder. De bouw daarvan zou, volgens gemeentelijke opvattingen, wel enige tijd hebben geduurd! Niets daarvan. Op een dag kwam een grote dieplader voorrijden en stond er een forse bouwkraan in de laan. Binnen enkele uren stond er een kant en klare kelder van royale maat in een vooraf gegraven kuil.
Zo zou het volgens mij ook bij de spoorwegtunnel kunnen. Niets geen beton dat veel tijd vergt voor het uitharden. Gewoon een of twee dagen een groep slopers (meer dus dan twee) die de oude putten laten verdwijnen, een dragline die het puin verwijderd en de kuil op maat fatsoeneert, en de volgende dag (maar het mag ook ’s nachts) een dieplader die de prefab gegoten put, compleet met roosters en al, aanvoert, die een uurtje later op zijn plaats staat.
Waarom kan een particuliere bouwheer, geadviseerd door een goede architect, een ondergronds betonprobleem adequaat oplossen en moet het bij de gemeente allemaal zo lang duren? Het antwoord is volgens mij eenvoudig: omdat er op het stadhuis nog altijd te veel mensen werken die vanuit de techniek denken, en niet vanuit het belang van de burger. Daardoor wordt het creatief vermogen schijnbaar onvoldoende aangepunt en moeten we genoegen nemen met een wekenlange verkeerschaos. Over de problemen die kunnen ontstaan wanneer hulpdiensten hun werk moeten doen en vastlopen in de ontstane verkeerschaos, zal ik verder maar zwijgen.

Mijn misgelopen partijlidmaatschap

Maandag 24 september 2007

Ooit was ik lid van de PvdA. Dat was in de tijd dat deze partij nog socialistische idealen had en partijleider Wim Kok nog niet de beginselvaste veren van zich had afgeschud. Zijn opvolger Wouter Bos lijkt daar niet onder te lijden, hij heeft een gladde, vaak te gladde, babbel maar ik heb weinig socialistische diepgang bij hem kunnen ontdekken.

En toen stelde Jan Pronk zich kandidaat voor het voorzitterschap van de PvdA. Paniek bij het establishment van deze partij, dat massaal te hoop liep om deze ‘ramp’ voor de lichtroze democraten te voorkomen. Ik ken Jan Pronk nog uit de tijd dat hij en ik jong waren en hij op gedreven wijze zijn opvattingen presenteerde tijdens kaderdagen in het Bergse Woodbrookerscentrum. Oké, soms leek hij aan een tunnelvisie te lijden, maar hij was echt en oprecht en in elk geval een socialist pur-sang.
Dus merkte ik een week geleden, tijdens de pauze van een raadsvergadering, tegenover Fethi Killi op: ‘Wanneer Jan Pronk voorzitter wordt, geef ik mij weer op als lid van de PvdA!’ Daar had ik later spijt van, want hoe staat het met het EU-referendum, het onderzoek naar Afghanistan en talloze andere verkiezingsbeloften die bijna dagelijks door de Haagse PvdA-ers aan de laars worden gelapt? Maar gezegd is gezegd, dus volgde ik vandaag met meer dan normale belangstelling de uitslag van de voorzitterverkiezing van de PvdA.

Gered door de gong. Maar echt tevreden ben ik niet. Wat heeft een partij met een bange en – naar mijn mening – onbetrouwbare partijleider aan een dame die nauwelijks bekend is in haar partij en zelf ook niet over veel ankers binnen de organisatie beschikt. De opluchting bij Wouter Bos en de zijne was tot down-under voelbaar. Wie zelf geen kwaliteit heeft, duldt geen sterke mensen naast zich.
Overigens was ik wel nieuwsgierig geweest wat het PvdA-bestuur met mijn aanmelding had gedaan. Ik ben weliswaar partijloos, maar ben gekozen op het programma van Jouw Amersfoort (wat deze club verder ook mag voorstellen), dus ik heb duidelijke verplichtingen tegenover de groep kiezers die op deze kieslijst hebben gestemd. Had men mijn aanmelding geaccepteerd, dan was ik een beetje in de positie beland die Rita Verdonk nu inneemt binnen de VVD. Eens zien hoe ze dat daar oplossen!

Groenste stad van Europa

Zondag 23 september 2007

Amersfoort is de groenste stad van Europa. Nouja, niet echt, want er is een hele reeks van groenste steden benoemd. Maar ja, wat is er niet relatief in het leven! Ik ga het feestje niet verstoren. En laten we eerlijk zijn: ik ken heel wat steden in ons land die wij makkelijk achter ons laten – ik ken overigens ook steden die de prijs net zo goed hadden kunnen winnen.

Ik ken alle die andere groenste steden van Europa niet. Met een uitzondering: Nancy. Bij toeval ben ik daar enkele keren geweest: een prachtige stad! De Place Stanislas is een juweeltje, de stad telt tientallen voorbeelden van Jugendstilarchitectuur en heeft zelfs een museum dat daaraan is gewijd. En op het groen wint de stad het naar mijn mening van Amersfoort, al was het alleen maar door het prachtige park achter Place Stanislas, een soort permanente Floriade.
En naast zo’n prachtige stad mogen wij ons ook Groenste stad van Europa noemen. Daar ben ik trots op!

Written by raphaelsmit

27/09/2007 at 10:43

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

Politieke achterlijkheid of valse stemmingmakerij bij de SP

vrijdag 21 september 2007

Allereerst: ik golf niet en heb ook geen plannen in die richting.
Het probleem: Aan de westzijde van de Bunschoterstraat staat een manegegebouw. Het is enkele jaren geleden gebouwd ter vervanging van een manege in Vathorst. De initiatiefnemers hadden echter een te grote (rij)broek aangetrokken en gingen failliet, nog voor het gebouw door paardenliefhebbers kon worden betreden. Het gebouw werd daarna opgekocht door buurman Smink. Lange tijd was het onduidelijk wat er met het gebouw ging gebeuren. Dankzij een actie van het PvdA-raadslid Fethi Killi (waar bleef de SP?)kwam er duidelijkheid: er had zich een soort van garagebedrijf gevestigd, dit tegen de regels van het bestemmingsplan in.
Het bedrijf heeft geen grote opwinding veroorzaakt, al ergerden zich velen er aan dat de gemeente aan de rand van het groene gebied van Hoogland-West een bedrijf gedoogde dat er niet was toegestaan. Onlangs zegden B en W toe te gaan handhaven, wat zoveel betekend als: het garagebedrijf moet weg want de bestemming van het gebied is ‘groen en recreatie’. Een sportvereniging als een paardenmanege kan wel – of misschien een golfclub?

De feiten op een rij. Er staat een gebouw met een recreatieve functie. Het gebouw is rechtstreeks vanaf de Bunschoterstraat te bereiken. Er is ruimschoots parkeergelegenheid rondom het gebouw, wat uit de clandestiene functie is gebleken. Eigenaar Smink heeft, behalve het gebouw, nog tientallen hectare grond bij het gebouw in bezit. Deze grond heeft een agrarische bestemming, het is voor een belangrijk deel beplant met maïs. Voor de goede orde: geen landbouwer in dit gebied zal het op prijs stellen wanneer recreanten door de maïsvelden gaan struinen. Het agrarisch gebied is in feite ontoegankelijk, vanaf de omringende wegen in Hoogland-West is alleen een monocultuur van maïsvelden zichtbaar.

Er liggen plannen om het sportgebouw aan de Bunschoterstraat tot middelpunt te maken van een 9-holes golfcentrum. Daarmee wordt een aantal vliegen in een klap geslagen. Het centrum krijgt een functie die past binnen het bestemmingsplan. De maïsvelden moeten wijken voor een open golfterrein, voorzien van bomen en andere natuurlijke elementen. Het golfterrein zal net zo toegankelijk zijn als het huidige gebied, dus nauwelijks. En de gemeente ontloopt een schadeclaim na toezeggingen voor een golfvoorziening in Birkhoven.
Maar als door een adder gebeten komt de SP in actie. Van weinig intelligentie getuigend, roept deze partij ineens: een golfterrein, de wereld vergaat, de gevolgen zijn catastrofaal. Er moet een clubhuis worden gebouwd. En auto’s van de golfers verstoppen de wegen in Hoogland-West. En er wordt een deel van het gebied afgesloten voor het publiek. Rampen overkomen ons, actie is geboden.

Kom, beste jongens en meisjes van de SP, doe eens een keertje normaal. Het clubhuis staat er al. Parkeervoorzieningen, bereikbaar vanaf de Bunschoterstraat (niks geen weggetjes in Hoogland-West) zijn al aanwezig. En ontoegankelijke maïsvelden worden vervangen door een groen recreatiegebied. Goedkope politieke stemmingmakerij dus. Heeft de SP zoiets nodig? Richt je eens op echte problemen in onze maatschappij.
De meeste inwoners in Hoogland lijken niet zoveel problemen te hebben met de nieuwe bestemming. Maar de SP probeert een brandje te stichten op plekken waar helemaal geen vuur was. Ik vind dat goedkoop en een serieuze politieke partij onwaardig. Zijn de jongens en meisjes bij de SP dan echt zo dom? Of alleen maar politiek opportunistisch?

Veiligheid op de nieuwe rotonde

Donderdag 20 september 2007

De discussie over de nieuwe rotonde bij de Bergkerk lijkt nog niet te zijn afgesloten. Alhoewel: de ambtelijke molens draaien door, de wethouder vaart op het kompas van zijn ambtenaren zonder de omwonenden te hebben overtuigd en het zal weer gaan zoals altijd: van achter een bureau wordt een theoretische oplossing gezocht die in de praktijk alleen maar tot extra problemen kan leiden.
Dat laatste vergt enige uitleg. De rotonde bij de Bergkerk wordt zeer royaal. Volgens de ambtenaren op het stadhuis is dat noodzakelijk. Rondom de cirkel voor het autoverkeer komt een separaat fietspad te liggen. Het fietspad wordt vijf meter vanaf de rijweg aangelegd. Dit lijkt gunstig omdat daardoor afslaand autoverkeer voorrang kan geven aan fietsers.
Hoe anders zal de praktijk zijn. Dagelijks passeren honderden scholieren de rotonde voor de Bergkerk. Veel aandacht voor verkeersregels hebben zij niet, wat alleen al blijkt uit hun fietsgedrag op de Frederiklaan. Overigens, ook elders in de stad geven scholieren regelmatig blijk hun eigen opvattingen te hebben over het handhaven van verkeersregels.
Het is daarom een illusie te menen dat de scholieren de rotonde nemen via een ruim daarvan afliggend fietspad. De praktijk, zoals ook elders waarneembaar, zal zijn dat ze de kortste weg nemen, dus via de autoweg. Wat dus zo veilig lijkt, verleidt grote groepen jongeren er toe om zich onveilig te gedragen.
Een rotonde die ook dagelijks veel scholieren heeft te verwerken, is te vinden op het Vondelplein. Daar maakt het – met rood asfalt zich onderscheidende – fietspad deel uit van de slinger die ook het autoverkeer moet maken. Niet dat elke scholier keurig op het rode asfalt blijft rijden, maar elke automobilist ontwaart in een oogopslag waar problemen op kunnen doemen en stelt zich daarop in. Pro saldo is dat veiliger dan de oplossing die voor de plek voor de bergkerk is gepland. En een dergelijke geïntegreerde oplossing neemt aanmerkelijk minder ruimte in beslag.

Written by raphaelsmit

24/09/2007 at 17:57

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

De missers van Gerda Eerdmans

Woensdag 19 september 2007

Deze bijdrage schrijf ik na overleg met mijn raadscollega’s Simone Kennedy van de Christen Unie en Joke Woudenberg van de BPA. Ik zal het daarom zakelijk houden! Simone, Joke en ik waren deze dag aanwezig tijdens de Meerkringmiddag in De Flint. De Meerkring is de stichting voor het primair openbaar onderwijs in onze stad. De bijeenkomst werd bezocht door zo’n 400 onderwijskrachten. Een deel van de middag bestond uit workshops, de middag werd afgesloten door een cabaret dat – uiteraard – op ironische wijze inging op de dagelijkse belevenissen van een onderwijskracht.

Eerste onderdeel van de middag was de overhandiging van de Missie en Visie voor het openbaar onderwijs in onze stad voor de komende tien jaren. Dit prettig te lezen stuk werd door de voorzitter van het bestuur van de Meerkring overhandigd aan de wethouder voor het onderwijs, Gerda Eerdmans. De Missie en Visie was het resultaat van een periode van discussie waaraan ouders, leerkrachten, bestuur en directie van de Meerkring hadden deelgenomen.
Na de overhandiging sprak wethouder Gerda Eerdmans ook enkele woorden. Het zijn deze woorden die aanleiding zijn voor deze bijdrage. Zowel Simone, Joke als ik (wij zaten op verschillende plekken in de zaal) werden door een groot aantal aanwezige leerkrachten aangesproken op de bijdrage van de wethouder. Kort samen gevat: men sprak er schande van of was op z’n minst verbaasd. En daar was alle reden voor.

Drie elementen uit de korte speech van Gerda Eerdmans konden als regelrechte missers worden betiteld. Het begon met de opmerking van de wethouder dat de overhandigde Missie en Visie van De Meerkring er een was zoals vele. Wat ze ook met deze opmerking bedoelde, ze desavoueerde in een paar zinnen alle inspanning van ouders, leerkrachten en anderen tot iets dat van weinig opmerkelijke kwaliteit was.
Vervolgens maakte de wethouder enkele opmerkingen over de lokalenproblematiek rondom de rk-school De Marke in Vathorst. Op bijna directe wijze verweet zij het bestuur van die school dat deze slecht had gecommuniceerd waardoor de wethouder in de problemen was gekomen. Een wat simpele en eenzijdige benadering van een probleem waarbij de wethouder pas nadat er een bijna raadsbrede motie op de raadsagenda verscheen, een actieve rol ging vervullen. Voor de aanwezige raadsleden was de wat cryptische boodschap nog wel duidelijk (maar iets bezijden de waarheid), maar de aanwezige leerkrachten vroegen zich af: wat bedoelt de wethouder hiermee en wat is onze rol daarbij?
Tot slot merkte wethouder Gerda Eerdmans nog op dat zij hoopte dat de medewerkers van het openbaar onderwijs zich met succes gaan inzetten voor de uitwerking van de Missie en Visie, zodat haar inspanningen voor het openbaar onderwijs beperkt kunnen blijven. Oké, het gerucht binnen het stadhuis gaat dat deze wethouder een tikkeltje lui is. Maar tegen deze achtergrond kan je opmerken: dat hoeft ze toch niet zo duidelijk te laten blijken!

Een nieuwe gemeentesecretaris

Dinsdag 18 september 2007

U staat soms wel erg snel klaar met uw negatieve oordeel over sommige ambtenaren! Dat was ongeveer de boodschap in een e-mail die een van onze ambtenaren mij stuurde. En toegegeven, daarin had hij niet geheel ongelijk. Maar ja, wanneer je als volksvertegenwoordiger regelmatig wordt benaderd door burgers in onze stad die zich vanuit het stadhuis onheus bejegend voelen, dan ontstaat zoiets. Vooral wanneer je tot de conclusie komt dat er inderdaad soms Kafkaiaanse situaties heersen waar je als raadslid ook weinig grip op hebt. Maar ik zal in deze bijdrage voorzichtig zijn.

Hoera, we hebben een nieuwe gemeentesecretaris. Nou ja, dat hoera is misschien wel wat overdreven, want de tientallen mensen die ik deze avond over de vers-van-de-persmededeling sprak waren ofwel verbaasd (enkele) ofwel verbijsterd (de meeste). Ik sluit mij aan bij de tweede groep.
Eerst maar eens het positieve. Onze nieuwe gemeentesecretaris is ijverig, werkt vrijwel dag en nacht en is bereid voor elk probleem een creatieve oplossing te zoeken. Oké, sommigen omschrijven dat laatste als ‘eeuwige ritselaar’ met scoringspunten op de korte termijn. Het zal vooral dat laatste zijn wat hem de nodige support binnen het college heeft gegeven. Op die support ga ik verderop nog even in.

Onze nieuwe gemeentesecretaris is voor de meeste raadsleden geen nieuw gezicht. Hij verblijft tijdens de raadsvergaderingen meestal op de ambtenarentribune. Mensen (raadsleden, bezoekers) die daarbij binnen zijn gehoorafstand zitten, valt het op dat de binnenkort hoogste ambtenaar binnen onze gemeente strooit met denigrerende opmerkingen over het functioneren van de raad of individuele raadsleden. Zelf heb ik ook ervaren dat hij de rol van de raad niet altijd ziet als een positief hulpmiddel om zijn doelen te bereiken. Het is vooral deze tentoongestelde dédain die de raadsleden welke hem vaker hebben ontmoet, tegenstaat. Maar een mens kan zich verbeteren!
Overigens, het is niet te hopen dat OR van het stadhuispersoneel om déze reden heeft ingestemd in de benoeming van de nieuwe gemeentesecretaris. In elk geval heeft de OR geen positief oordeel gegeven over de gevolgde procedure. Die was er dan ook een die vooral gekenmerkt werd door onderdrukte paniek.

Maar wat wil je ook. Het onverwachte vertrek van de vorige gemeentesecretaris Piet Buijtels is niet onopgemerkt gebleven, ook niet buiten onze stad. Het wereldje van secretarissen en andere gemeentelijke topambtenaren in ons land is niet zo groot. In die kringen was en is Piet Buijtels zeer aangezien. Zijn vertrek heeft binnen de kring van gemeentelijke topambtenaren ongetwijfeld menig wenkbrauw in beweging gebracht.
Dat zal het college zich ook wel hebben gerealiseerd, evenals de gevolgen die dat kan hebben. Welke capabele secretaris of topambtenaar in den lande zou er spontaan bereid zijn om in Amersfoort te solliciteren naar een baan als gemeentesecretaris? Sollicitanten die zich met enthousiasme zouden melden, verdienen het om extra tegen het licht te houden. En dan is het een zegen voor ons college indien zich intern iemand meldt. Daarvoor was het college zelfs bereid om van de gebruikelijke procedure af te wijken.

Wat mij verbaasd, is het feit dat de hele gang van zaken rondom de aanstelling van een nieuwe gemeentesecretaris zich geheel buiten de raad om heeft afgespeeld. Na het vertrek van Piet Buijtels heeft er in de raad een discussie plaatsgevonden. Het college zegde nadere informatie toe. Die hebben we vandaag ook gekregen, maar inclusief de mededeling dat er dus al in de vacature is voorzien. Het profiel van deze functionaris, die we ook pas vandaag ontvingen, is niet op raadsniveau behandeld, zelfs niet binnen het voorzittersoverleg. Alleen de vice-voorzitter van de raad is tijdens het voorbereidingsproces gehoord of geïnformeerd, maar van die zijde hebben de raadsleden ook niets vernomen.
Al met al: geen schoonheidsprijs voor de procedure. Voor de aangetrokken persoon zou ik willen zeggen: gun hem het voordeel van de twijfel. Maar de verbijstering blijft!

Praten over de toekomst

Maandag 17 september 2007

De Amersfoortse gemeenteraad praat over de toekomst van onze stad. Het motto is: ‘GA2030’, waarbij GA bijvoorbeeld kan worden vertaald in Gemeente Amersfoort. Of als een soort ‘Forza’ in de zin van Forza Italia: Hup 2030! Maar ja, wat doet het er toe.
Zoals vaker, hoe abstracter het onderwerp hoe guller er wordt gestrooid met middelen. Zeker als het gaat om de beeldvorming van de stad. Uit de onlangs uitgebrachte Communicatienota van het college weten we dat voor het verbeteren van het imago van onze stad een eurootje meer of minder er niet toe doet. Als je maar indruk maakt op de zwijgende meerderheid, zo redeneert ons college – beter een zak gebakken lucht dan weer zo’n klagende burger.
Forza Amersfoort dus. Nog voor het zomerreces kregen de raadsleden al een iPod mee met stadsgeluiden, ingeleid met een flitsende videopresentatie. Wat zijn we lekker goed op weg. Het extern bureau dat is aangetrokken doet zijn ijverige best. In de koopgoot van Amicitia is intussen een hoofdkwartier ingericht, vanwaar onze stad moet worden opgestuwd naar een gelukzalig 2030. Ik hoop het nog mee te maken!

Deze dag vond ook de eerste van tien themamiddagen plaats. Bijna elke fractie had een vertegenwoordiger afgevaardigd die vanaf half drie in de middag op stoom werd gehouden. Alhoewel, half drie? Onder het motto van ‘busje komt zo’ mochten we eerst een half uurtje wachten. Om vervolgens naar de Reigerstraat te worden gereden. Aankomst ongeveer kwart over drie, we hadden in die drie kwartier op z’n minst twee keer heen en weer kunnen lopen tussen het stadhuis en deze plaats van bestemming.
In de Reigerstraat vond het eerste huiskamergesprek plaats. Alle complimenten voor de drie buurvrouwen die bereid waren om hun tijd beschikbaar te stellen, hen treft geen enkel verwijt. Het thema van de middag was wonen en wie verbaasd het dat onze gastvrouwen het geen gek idee zouden vinden wanneer in 2030 Amersfoort een groot aantal wijkjes zou tellen zoals de hunne. Ze hebben gelijk! Het is inderdaad piccobello wonen in dit knusse en kwalitatief waardevolle wijkje tussen het centrum en het Randenbroekerbos.
Het tweede huiskamergesprek startte, na alle vertragingen, rond acht uur. Omdat de happening voor de raadsleden was gepland op een avond die al maanden geleden is gereserveerd voor fractievergaderingen, togen er nog maar twee raadsleden (ik was er niet bij) naar de Louise de Colignylaan, boven op de Berg. Ik waag mij tot de opmerking dat bij de keuze van de huiskamergesprekken de representativiteit van onze stadgenoten enig geweld werd aangedaan: Reigerstraat en het Bergkwartier. Als dat het beeld wordt dat heel Amersfoort, overeenkomstig de opvattingen van de gesprekspartners, in 2030 moet uitstralen, dan hebben we niets te klagen. Maar dan is er nog heel wat werk aan de winkel!

Tussen de twee huiskamergesprekken vond een discussie plaats met deskundigen, in het hoofdkwartier! Zo’n gesprek is nooit weg, maar met de beelden die werden geschetst konden de raadsleden niet zoveel. Het grootste deel van de opvattingen die naar voren kwamen, had alleen maar zin indien je de hele stad opnieuw gaat ontwikkelen. Maar ja, na Vathorst wilden we als raad niet zoveel meer bouwen, en over de stadsvernieuwing vindt al een heel andere discussie plaats.
Zoals gezegd: kosten nog moeite worden gespaard. Er vinden nog negen van deze dagen plaats, en dat zal wel weer worden gevolgd door enige plenaire bijenkomsten, presentaties, themabijeenkomsten en nog veel meer. Zit ik daarop te wachten? Neen! Verblijd mij en mijn raadscollega’s met de nodige rapporten van het Cultureel Planbureau, de RPD, het CBS, de toekomstnota’s van VROM en wat er allemaal nog meer op de plank ligt. Goed dat kost enkele uurtjes leeswerk, maar dan weet je ook wat. Vervolgens een bijeenkomst met enkele deskundigen, niet te vrijblijvend, en een redactiegroep vanuit de raad, en er ontstaat een heldere visie. Kost in elk geval minder!

Written by raphaelsmit

20/09/2007 at 06:43

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

Infantilisering binnen ons gemeentebestuur

Zondag 16 september 2007

Het Opinie & debatkatern van het NRC opent dit weekend met het artikel: ‘De infantilisering van de consument is een bedreiging voor de democratie’. Een aanrader. Het artikel is de samenvatting van een binnenkort te verschijnen boek: De infantiele consument, geschreven door de Amerikaanse politieke wetenschapper Benjamin Barber. Het artikel gaat over de nieuwe opgedrongen ethos van de kinderlijkheid die ons maatschappelijk leven steeds meer beheerst: de infantilisering.

Het artikel gaat vooral in op de invloed van de producenten en marketingstrategen op het consumentengedrag. Daarbij gaat het er om dat wordt getracht om de consument zoveel als mogelijk onvolwassen te houden. Voor meningmakers lijkt steeds meer te gelden: je hoort er pas bij wanneer je je identificeert met de jeugd en de onvolwassenheid leidraad in je handelen laat zijn. Terwijl ik het artikel las, realiseerde ik mij dat ons gemeentebestuur, met name verschillende collegeleden en delen van het ambtelijk apparaat – vooral binnen de afdeling WSO -, het vasthouden aan de onvolwassenheid en het idealiseren van de kindheid tot politiek uitgangspunt trachten te verheffen.
‘We zijn een jonge stad,’ jubelen velen binnen het stadhuis. En daarop wordt alles afgestemd. Groen moet wijken voor hangjongeren en door niemand gevraagde spelvoorzieningen, politieke is pas verantwoord wanneer tenminste Young Vision er zijn oordeel over heeft gegeven en verschillende wethouder lijken zich het meest thuis te voelen wanneer zij zich temidden van een groep jongeren mogen ophouden – hun eigen infantilisering cultiverend.

Het artikel van Benjamin Barber geeft op macroniveau aan hoe de maatschappelijke infantilisering onze democratie bedreigt. Op gemeentelijk niveau zijn daar ook wel opmerkingen over te maken. Wie de nieuwe ethos van de opgedrongen kinderlijkheid omhelst, creëert voor zichzelf een makkelijk te beïnvloeden en redelijk kritiekloos klankbord. Maar de bestuurders die zich hieraan overgeven, dragen bij in het ondermijnen van de democratie en het creëren van een kritiekloze burgerij.

De opwinding over Mein Kampf

Zaterdag 15 september 2007

In 1962 verhuisde ik voor enkele jaren naar Duitsland. De Tweede Wereldoorlog lag zeventien jaren terug, korter dan de tijd die sedert het vallen van de Berlijnse muur tot heden is vergaan. Ik ontmoette veel Duitsers die tegenover mij, als buitenlander, de Tweede Wereldoorlog begonnen te verklaren en met name hun eigen rol daarin. Wat ik hoorde, stond vaak haaks op alle verhalen die ik in de tijd daarvoor in eigen land had gehoord en gelezen. Om elk gevoel van twijfel te verdringen, begon ik het een en ander te lezen over de Tweede Wereldoorlog. Geschiedenis had sowieso mijn belangstelling en mijn journalistieke nieuwsgierigheid begon zich al aardig te ontwikkelen.

Het gevolg is dat in mijn boekenkast ruim tien meter boeken staat over de Tweede Wereldoorlog en de daaraan voorafgaande tijd, die van invloed is geweest op het ontstaan van het Duitse fascisme, van Bismarck tot de Weimarer Republiek. Tussen al die boeken staat sinds decennia ook Mein Kampf, in een Duitse editie uit 1933. Ik heb er fragmenten uit gelezen en kan vanuit die ervaring zeggen dat ik wat verbaasd sta bij de discussie die de afgelopen dagen is ontstaan over een opmerking van minister Plastrerk. Ik ben het met de oorspronkelijke opvatting van de minister eens: het is onzin om het boek te verbieden, zeker als je daarbij betrekt dat de inhoud ervan via internet voor iedereen toegankelijk is.
Mij heeft het lezen van delen uit Mein Kampf meer dan bevestigd dat de schrijver van dit boek getikt is. Dat zeg ik dan vanuit de huidige wetenschap en driekwart eeuw nadat het boek is geschreven. Het is bij het lezen goed je te realiseren dat het maatschappelijke denken tussen de twee wereldoorlogen nogal afweek van onze huidige maatschappelijke opvattingen. Dat geldt overigens niet alleen voor het vooroorlogse Duitsland, zaken als antisemitisme leefden ook heel sterk in andere Midden-Europese staten. Zo zijn de antisemitische oprispingen die we af en toe uit de Poolse samenleving horen, een bescheiden afspiegeling van de racistische wijze waarop de miljoenengrote – maar door de Duitse nazi’s vrijwel geheel uitgeroeide – Joodse gemeenschap in dat land een eeuw geleden werd bejegend.

Maar dat mag natuurlijk geen excuus zijn voor de schrijver van Mein Kampf, noch voor de miljoenen kritiekloze volgelingen uit zijn tijd. Wat er werd geschreven was eenvoudigweg verschrikkelijk. Maar moeten wij daarom heden ten dage de uitgave van Mein Kampf verbieden? Een van de gehanteerde argumenten bij de voorstanders van een verbod betreft de piëteit ten opzichte van de nog levende slachtoffers van het nazi-regime.
Daar kan je verschillend over denken. Ik ben van mening dat iedereen die Mein Kampf leest en de verwerpelijkheid van de inhoud onderschrijft (wat je van elk weldenkend mens mag verwachten), extra begrip verwerft voor de slachtoffers van het nazi-regime: joden, zigeuners, homofielen, linkse politici, ongeneselijke zieken en vele anderen voor wie het leven in de ogen van de nazi’s weinig waarde had en die werden overgeleverd aan verschrikkelijke vormen van fysieke en geestelijke onderdrukking, veelal met een afschuwelijke dood tot gevolg.

De onverbetelijken uit deze tijd, de mensen die uit domheid of door een gestoorde geestelijke gesteldheid nog altijd menen dat nazi-Duitsland en zijn leider als voorbeeld kunnen dienen, hebben Mein Kampf niet nodig. Ze zullen nauwelijks in staat zijn het te lezen! Ik ben daarom tegen een verbod van Mein Kampf, het effect hiervan kan wel eens tegengesteld zijn aan datgene wat met dat verbod wordt beoogd.

Schaamteloze reactie op Nijkerkse klachten

Vrijdag 14 september 2007

Verschillende politieke partijen in Nijkerk vrezen dat de geluidswal bij Vathorst tot extra geluidsoverlast in Hoevelaken en in het Nijkerkse Corlaer zal leiden. Ik heb daar geen mening over, zover reikt mijn kennis niet. Dat ligt anders bij de wordvoerder van de gemeente Amersfoort, milieuadviseur Bert Visscher, die in de Stad Amersfoort wordt geciteerd. Ik heb nog geen e-mail ontvangen waarin vanuit het stadhuis afstand wordt genomen van de uit zijn mond opgetekende citaten.

‘Er is negen jaar geleden vast en zeker vooroverleg geweest over het bestemmingsplan Vathorst, dat is gebruikelijk,’ aldus de woordvoerder van onze gemeente. Uiteraard, daar hoef je geen milieukunde voor te hebben gestudeerd. Maar als een woordvoerder namens onze gemeente op politieke onrust bij een buurgemeente reageert, doet hij er goed aan zijn opmerkingen te onderbouwen. Wanneer was dat vooroverleg? Was de informatie over de te bouwen geluidsmuur toen adequaat? Zijn daarbij de gevolgen van een geluidsmuur aan de orde geweest? Hoe hebben de gemeenten Hoevelaken en Nijkerk toen gereageerd?
Volgens de Amersfoortse gemeentewoordvoerder zou de provincie Utrecht het bestemmingsplan nooit hebben goedgekeurd als er geen akoestisch onderzoek zou zijn uitgevoerd. Kent woordvoerder Visscher dat onderzoek? Wanneer heeft het plaatsgevonden? Welke rol heeft het gespeeld? Komt de uitvoering van de huidige geluidswal overeen met het onderzoek van zo’n tien jaar geleden? Zijn de normen en opvattingen van toen gelijk aan die van heden? Woordvoerder Visscher wekt niet de indruk zich hierin te hebben verdiept.

En volgens hem valt het allemaal wel mee. De geluidswand absorbeert het reflecterende geluid voor tachtig procent. De twintig procent die wordt gereflecteerd bedraagt niet meer dan een halve decibel. ‘Dat is door het menselijke oor nauwelijks waar te nemen., aldus de Amersfoortse milieuadviseur.
Oké, van nul decibel naar een halve decibel is niet zoveel. Maar we hebben te maken met een logoritmische schaal, het verschil tussen bijvoorbeeld 30 decibel en 30,5 decibel is fors en kan op storende wijze worden waargenomen. Dat weten deskundigen, maar dat is blijkbaar bij milieudeskundige Bert Visscher onbekend. De gedachtegang van deze deskundige volgend, zou het autoverkeer op de A28 niet meer dan 2,5 decibel geluid produceren. Dat is natuurlijk onzin!

Wat zal ik mij druk maken over de communicatie tussen een gemeentelijke woordvoerder en enkele politieke partijen uit Nijkerk? Wis en waarachtig wel! Ten eerste schaam ik mij dat iemand die namens het Amersfoortse gemeentebestuur spreekt, op een dergelijke denigrerende wijze serieuze klachten – al dan niet terecht – afdoet. Ten tweede vrees ik dat we hier met een mentaliteitskwestie hebben te maken. Een gemeentelijke woordvoerder die laat blijken dat hij politieke partijen in Nijkerk nauwelijks serieus neemt, zal waarschijnlijk de raadsleden in Amersfoort met evenveel dédain beschouwen. Hooguit moet hij zich voor zijn goede fatsoen en omdat de Amersfoortse raad formeel zijn werkgever is, in eigen stad wat tactischer uitdrukken. Maar veel vertrouwen heb ik niet in deze milieudeskundige Bert Visscher.

Wijkeconomie in de stadsvernieuwing

Donderdag 13 september 2007

Het is veelal interessant om kennis te nemen van de stadsvernieuwing in andere grote steden. Omdat ik lid ben van het Nirov, wordt mij die gelegenheid regelmatig geboden. Het Nirov organiseert elk jaar een zestal excursies, dit jaar staan voor mij Leiden, Schiedam, Dordrecht en Arnhem op het programma. Vandaag was Schiedam aan de beurt waar de wijk Oud Krispijn werd bezocht. Thema van de bijeenkomst: wijkeconomie en maatschappelijk vastgoed.

Voor alle duidelijkheid: het Nirov organiseert de excursie, de gemeenten zelf bepalen het programma en dragen de deskundigen aan. Dat de huidige excursie wat tegenviel is daarom vooral de gastgevende gemeente te verwijten. Dat geldt niet voor de algemene inleiding door de projectleider. Maar bij de behandeling van het thema ging het fout.
De economische pijler onder de Dordse stadsvernieuwing staat nog in de steigers. De eerstbetrokken ambtenaar kon slechts meedelen dat een conceptnota die ambtelijk is voorbereid nog door het college en de gemeenteraad moet worden behandeld. Ik kon mij niet aan de indruk onttrekken dat men in Dordrecht hoopte uit de kring van deskundigen (waaronder ik mijzelf niet schaar) die aan de excursie deelnamen, de nodige aanvullende suggesties naar voren zouden komen. Het zal duidelijk zijn: de discussie aan het einde van de middag was niet saai.

Natuurlijk heeft Dordrecht wel al iets gedaan. Er is 50.000 euro beschikbaar gesteld om de economische factor in Krispijn te versterken. Dit geld wordt grotendeels uitgegeven aan een extern aangetrokken adviseur, die tijdens de middag zijn activiteiten toelichtte. Zijn inleiding riep bij mij vragen op, waarop geen zinvol antwoord kon worden gegeven. Er moeten in Krispijn zo’n 3.000 sociale huurwoningen worden gesloopt, waarvoor zo’n 2.500 nieuwe koopwoningen in de plaats komen. De structuur van de wijk moet dus behoorlijk veranderen.
De economische adviseur richt zich geheel op de 56 winkels in Krispijn, in hoofdzaak verspreid over drie locaties. Hij zet zich daarbij vooral in op multicultureel ondernemen. Winkels die vrijkomen, moeten zoveel mogelijk plaats bieden aan allochtone ondernemers, die daarvoor worden opgespoord en benaderd. Ook het vestigen van een grotendeels allochtoon gekleurde markt en het bouwen van een bazaar behoren tot zijn – gemeentelijk geaccordeerde – doelstellingen.
Ik heb naar voren gebracht dat hierbij de logica verloren gaat. Bij een structuurwijziging door een fors sloop-nieuwbouwprogramma probeer je de structuur van de wijk te veranderen. Door in je economie je juist te richten op het versterken van het multiculturele karakter, verhinder je een gewenste ontwikkeling. Overigens bekritiseerde ik tijdens de discussie ook dat de economisch adviseur zich geheel concentreert op het winkelbestand. Ontwikkelen van kleinschalige bedrijvigheid heeft in Krispijn geen aandacht, hoewel de praktijk bewijst dat talloze allochtonen juist op dit punt ruimte zoeken.

In Amersfoort zal ook nog niet alles tot in de puntjes zijn geregeld. De stadsvernieuwing is een dynamisch proces. Toch kon ik mij deze middag niet aan de indruk onttrekken dat wij in Amersfoort op een aantal gebieden verder zijn dan in Dordrecht. Overigens: op een aantal plekken was al nieuwbouw gerealiseerd. Hoewel niet revolutionair, kwalitatief zag het er prima uit!

Written by raphaelsmit

16/09/2007 at 19:41

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

Plannen van Guido de Wijs en de rampen van Roel Boer

Woensdag 12 september 2007

Guido de Wijs schrijft vandaag in de Amersfoortse Courant over de verloedering van de Arnhemsestraat. Een van de belangrijke oorzaken hiervan, zo merkt hij op, is het mislukken van de Koopgoot en de nieuwbouw bij en inrichting van Achter de Arnhemse Poortwal – het Amicitiacomplex. Hij stelt voor het Amicitiacomplex af te breken, het plantsoen langs de Stadsring in ere te herstellen en de oude sociëteit Amicitia deels te herbouwen en in te richten als stadsuitspanning.

Mijn steun heeft hij. Erger nog: wat Guido de Wijs voorstelt waren de plannen zoals die in het midden van de jaren negentig werden voorgesteld. Wethouder Roel Boer was de grote boosdoener. Boosdoener omdat hij de raad knollen voor citroenen heeft verkocht en het heeft toegestaan dat een uitsluitend op rendement gerichte ontwikkelaar alle oorspronkelijke plannen aan zijn laars lapte. Op de plek van het oude Amicitia is een van de lelijkste gebouwen van onze stad gebouwd met een winkelconcept dat totaal is mislukt.
Volgens de plannen die Roel Boer de raadsleden omstreeks 1995 voorhield, zou de bioscoopzaal achter de sociëteit worden afgebroken, evenals enkele aanbouwsels die rond 1975 tegen het monumentale gebouw waren aangeplakt. Amicitia zou grotendeels worden omgebouwd tot een brasserie, met een terras aan de Stadsring.
Maar toen ging Roel Boer met een ontwikkelaar aan de slag die zo z’n eigen gedachten had. In Rotterdam was net met succes de zogenaamde koopgoot geopend, dus moest er in Amersfoort ook zoiets komen. De enige overeenkomst was dat de winkels onder het niveau van het oorspronkelijke gebouw zakten, voor de rest hield elke vergelijking op. Het doel van de projectontwikkelaar was duidelijk: zoveel mogelijk extra vierkante meters winkelruimte creëren, want die zouden geld opleveren. Roel Boer verdedigde het plan met verve.
Om diezelfde reden sneuvelde ook het plan voor de brasserie. Het handhaven van het oude sociëteitsgebouw leverde te veel extra kubieke meters op die niet ten gelde konden worden gemaakt. Dus moest het monumentale gebouw wijken.
Dat gebeurde in twee fasen. Eerst werd alles achter de gevel van het oude Amicitia gesloopt. De overblijvende gevel bleef er kaal en ongestut staan. Deskundigen waarschuwden: dat houdt geen stand. En ja, bij de eerste najaarsstorm stortte de gevel in en had de ontwikkelaar de mogelijkheid om zijn plannen te optimaliseren. Gelukkig greep, onder druk van de publieke opinie, het gemeentebestuur in en verplichte de ontwikkelaar om de ingestorte gevel weer te herstellen.

Het opbouwen van alleen een gevel heeft weinig winst opgeleverd, zeker niet als je ziet hoe uitbundige reclame de voorname stijl van de historische gevel om zeep helpt. Maar dat was niet het enige probleem.
Vanuit de raad – ik was een van de gangmakers – werd bepleit om de passage tussen de Utrechtsestraat en het pleintje achter Amicitia meer allure te verstrekken, het pleintje zelf een winkelfunctie te geven en ook de doorloop naar de Arnhemsestraat grondig op te knappen. Ik kan me nog herinneren dat ik, als vreemde eend in de bijt, werd uitgenodigd voor een ambtelijke werkconferentie over de gewenste winkelroute achter Amicitia. Er werden beloften gedaan, waarvan er niet één werd uitgevoerd. En dat alles met de zegen van Roel Boer die de meerderheid van de raad regelmatig afblufte om vervolgens bij zijn vertrek een aantal lijken in de kast achter te laten. Kort na zijn vertrek ontpopte hij zich als adviseur voor commerciële partijen, zoals de baggerondernemer Smink.

Het gaat miljoenen kosten om de fouten van Roel Boer op te lossen. En dan denk ik niet alleen aan Smink die ons, terzijde gestaan door Roel Boer, veertien miljoen weggegooid geld heeft gekost. Of over de problemen met de firma Vahstal, die volgens Roel Boer waren opgelost maar die ons nog steeds achtervolgen.
Er zijn nog wel meer zaken, zoals de met veel aplomb verdedigde plannen voor het Kinderparadijs achter de Langestraat. Net als bij Amicitia werd ook bij deze plannen van verschillende kanten gewaarschuwd voor een dreigende mislukking. Dergelijke kritiek werd door Roel Boer steeds luchtig weggeblaat.
Overigens: er zijn ook mensen die Roel Boer, samen met zijn maatje Tom de Man, tot de sterkere wethouders uit de afgelopen decennia rekenen. Arm Amersfoort!

Written by raphaelsmit

12/09/2007 at 10:35

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

Messen rondom coffeeshopbeleid worden geslepen

Dinsdag 11 september 2007

Uit de krant verneem ik dat het CDA en Groen Links het oneens zijn over het coffeeshopbeleid dat door het college wordt voorgesteld. Vertel mij wat nieuws! Toch is de constatering in de krant interessant, het vormt de voorbode op een pittige discussie in de gemeenteraad. En daar ben ik niet vies van.

De discussie die dinsdag 18 september in de raad wordt gevoerd, is een vervolg op de discussie over het coffeeshopbeleid dat ruim een jaar geleden de raad beheerste. Het ging toen over de vestiging van Alem, maar de raad was het er over eens dat de discussie rondom de coffeeshops breder moet worden gevoerd. Zover is het nu dus.
Wat gebeurde er een jaar geleden? CDA-er Roland Offereins diende een motie in. Hij had daarvoor de stemmen verzameld van de VVD, het CDA, de Christen Unie en de BPA. Samen 19 stemmen, net één te weinig. Maar Jouw Amersfoort stemde verdeeld, ik steunde Roland, waardoor een meerderheid voor zijn motie was verzekerd. Ismail Parmaksiz, de fractieleider van de PvdA, nam toen – los van de inhoud – een politiek verstandig besluit. Het zag er naar uit dat bij de CDA-motie de coalitie in twee gelijke delen uiteen zou vallen. Zo kort na de start van en nieuw college, waarin Ismail veel energie had gestoken, was dat weinig aanlokkelijk. De PvdA steunde te elfder ure de motie, waardoor binnen de coalitie alleen Groen Links nog buiten de boot viel. Gezien de historie van deze partij een logisch iets.

Krijgen we 18 september weer een dergelijke situatie? Dat zou interessant zijn. Het hangt uiteraard geheel samen met de vraag of het CDA en de VVD elkaar kunnen vinden. In de opvattingen van de Christen Unie en van de BPA zal niet veel zijn veranderd en Jouw Amersfoort zal wel weer verdeeld stemmen. Hoe dan ook: het wordt weer een politiek interessante discussie.

Geruchten leiden tot SP-motie

Maandag 10 september 2007

Vandaag vond ik bij mijn e-mail een concept-motie van de SP. Het onderwerp is de aanleg van een 9-holes golfbaan in Hoogland-West. Hé, hoor ik sommige mensen roepen, bestaan er plannen in die richting? Ik weet het niet, soms is men binnen het stadhuis verder dan menig raadslid vermoedt, dus ik sluit het niet uit. In elk geval gaat het gerucht.

Volgens dat gerucht heeft de firma Smink (of de familie Smink, dat is mij niet duidelijk) rondom de als manege bestemde bebouwing aan de Bunschoterstraat zo’n 27 hectare grond aangekocht. De manege wordt momenteel gebruikt als garagebedrijf, maar dat is niet overeenkomstig het bestemmingsplan en de gemeente gaat er tegen optreden. Dus is eigenaar Smink op zoek naar een bestemming die wél in het bestemmingsplan past.
Ik vind de oplossing waarbij de manege het clubhuis wordt van een aan te leggen golfbaan in elk geval creatief. In tegenstelling tot de SP zou ik het niet direct van de hand willen wijzen. Ik ken talloze golfbanen die prachtig in hun groene omgeving zijn aangelegd en een verrijking zijn voor het milieu.
Maar over milieu gesproken: golfers behoren in het algemeen niet tot het milieu waaruit de SP zijn aanhang put. Dus het opstellen van een SP-motie nog voor er een plan op tafel ligt, kan eigenlijk niet verbazen. Ik wacht eerst maar af, zo op het eerste gezicht denk ik: leg de golfbaan maar aan. Het gebouw aan de Bunschoterstraat kan daardoor eindelijk een passende bestemming krijgen, het groenkarakter van het gebied blijft op kwalitatief hoge wijze bewaard en er wordt zinvol ingespeeld op een groeiende behoefte aan golfbanen.

Overigens: de golfsport begint steeds meer van zijn elitaire karakter te verliezen (net als bij tennis en hockey al eerder is gebeurd). Nog even en je kunt geen fatsoenlijk SP-lid meer zijn of je moet op z’n minst het verschil tussen putten en een drive weten. Dan is het jammer van deze motie!

De kwaliteit van ons onderwijs

Vrijdag 7 september 2007

Ik ontving vandaag de uitnodiging voor de Meerkringmiddag. Omdat mijn andere fractiegenoten zijn verhinderd, zal ik deze middag bezoeken. De Meerkringmiddag wordt georganiseerd door het bestuur van het Openbaar Primair Onderwijs in onze gemeente. De dag is vooral bestemd voor onderwijzend personeel en hun directies, de raadsleden zijn er te gast en kunnen deelnemen aan een van de workshops.

Een uitnodiging vanuit het onderwijsveld. Prima. Maar waarom er dan op nauwelijks een kantje A-vier vijf kanjers van taalfouten moeten staan plus een bewering die ver bezijden de logica staat, is voor mij een vraag. Is het met het onderwijs in ons land echt zo slecht gesteld?

Van je VVD-vrienden moet je het maar hebben

Donderdag 6 september 2007

Het antwoord op de vragen die Sylvia Kesler stelde over de aan te leggen rotonde bij de Bergkerk is binnen. Gelijktijdig heeft het college een persbericht over de voorgenomen werkzaamheden uitgebracht. Uit beide blijkt dat onze wethouder Verkeer zich niet laat beïnvloeden door de tegenwerpingen die bewoners uit de omgeving van de toekomstige rotonde hebben gemaakt. Kort samengevat luidde die tegenwerpingen: de rotonde is onnodig groot, de aanleg gaat ten koste van veel kostbaar groen en door zijn onnodige omvang tast de geplande rotonde het karakter van het (monumentaal beschermde) gebied aan.

Voorafgaand aan de beantwoording van haar vragen had Sylvia nog een gesprek met verkeerswethouder Ruud Luchteveld. Die kwam daarbij niet verder dan het herhalen van de argumenten van zijn ambtenaren. En van de ambtenaren die bij de aanleg van deze rotonde zijn betrokken is bekend dat die van nature niet genegen zijn zich iets aan te trekken van klachten van omwonenden, dus tel uit je winst. Als de wethouder dan ook nog onwillig is, kan je als raadslid nog maar weinig doen – of je moet voorstellen de wethouder naar huis te sturen (mijn steun verzekerd!).
Voor de bewoners van het Bergkwartier, die zich tegen de ambtelijke dwangcultuur te weer trachtten te stellen, is het goed zich te realiseren dat verkeerswethouder Ruud Luchtenveld binnen het college de VVD vertegenwoordigt. Deze partij heeft zich van de klachten rondom de Bergkerk niets aangetrokken. Waarschijnlijk dachten ze binnen de VVD-fractie: ‘Het Bergkwartier is van nature een VVD-bolwerk, dus waarom zullen we ons nog moeten inspannen om ons voor onze kiezers in die buurt extra inspannen!’

Written by raphaelsmit

11/09/2007 at 14:14

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

Te veel passiviteit rondom lokalennood in Vathorst

Woensdag 5 september 2007

Dinsdagavond kreeg wethouder Gerda Eerdmans nogal wat kritiek op de lokalenproblematiek bij de scholen in Vathorst. Vandaag ontvingen de raadsleden die bij deze discussie aanwezig waren een e-mail van de wethouder. Zij heeft een afspraak gemaakt met de directie van het Katholiek Primair Onderwijs om volgende week de problemen rondom de rk-basisschool De Marke te bespreken. Hopelijk leidt dit tot een oplossing.

Toegegeven, het is niet gemakkelijk om de problemen die in Vathorst zijn ontstaan in een handomdraai op te lossen. Anderzijds kan ook niet worden gezegd dat de problemen rondom De Marke onverwacht uit de lucht zijn komen vallen. In het voorjaar trokken de ouders al aan de bel en vonden er al gesprekken plaats over een mogelijke oplossing.
De oplossing voor het huisvestingsprobleem werd gevonden in het creëren van dislocale ruimte voor De Marke, elders in Vathorst. De ouders verzetten zich hier heftig tegen en afgelopen maandag vertelde ook de directie van De Marke mij dat de gevonden oplossing om meer dan een reden verre van ideaal is. Zonder alle argumenten van leerkrachten en ouders te herhalen: ze hebben gelijk in hun protest.

Wethouder Gerda Eerdmans moest heel wat verwijten incasseren, slechts enkele fracties (haar eigen partij Groen Links en het CDA) spaarde haar nog, maar dat was het dan ook wel. In haar verweer schoof de wethouder de verantwoording voor de ontstane situatie af naar het schoolbestuur. Dat maakte, op z’n zachtst gezegd, geen sterke indruk. De wethouder kwam over als een inactieve bestuurder die alleen maar heeft gekeken hoe de problemen groeiden en waarschijnlijk hoopten dat de scholen zelf tot een oplossing zouden komen.
Natuurlijk, de schoolbesturen hebben een verantwoording. En ik kan een stuk meegaan in de klachten van de ouders die de school verwijten schijnbaar onbelemmerd steeds weer nieuwe leerlingen in te schrijven. Maar ja, wat moet de school anders doen? Het probleem doorschuiven naar het openbaar of protestants-christelijk onderwijs? Of ouders die voor katholiek onderwijs hebben gekozen in de kou laten staan? Misschien had het schoolbestuur nu al een tweede katholieke school in Vathorst moeten stichten, maar de gemeente heeft hiervoor pas een gebouw gepland in het jaar 2012, dus daar schiet je ook niet veel mee op.

Wat de wethouder te verwijten is, is dat zij te weinig eigen initiatieven heeft vertoond. Als ik vals zou willen zijn, zou ik zeggen: was het anders te verwachten! Hoe dan ook: ik vind dat je als wethouder je niet achter een schoolbestuur kunt blijven verbergen. Het gaat om het welzijn van ouders en kinderen, stadgenoten waarvoor wij als openbaar bestuur verantwoordelijk zijn.
Dat de wethouder nu contact heeft gezocht met het schoolbestuur – na de emmers vol kritiek die ze uit de raad over zich heen kreeg – is in elk geval een goede zaak. Maar eigenlijk had ze dat al veel eerder moeten doen. Als bureaucraat kan ze rustig achter haar bureau blijven zitten en, zich beroepend op de regels, toekijken hoe anderen naar oplossingen zoeken. Als politicus wordt er echter wat anders van haar verwacht: initiatief, doortastendheid, een oor voor de klachten van ouders, zoeken naar oplossingen – samen met anderen en, als die versagen, met eigen inzet. Daaraan heeft het ontbroken.

Ongewenste concentratie van kinderopvang

Dinsdag 4 september 2007

Het was deze avond voor wethouder Mirjam Van ’t Veld geen leuke start van het nieuwe politieke seizoen. Het eerste punt in De Ronde betrof het beleid rondom de clustering van de kinderopvang in Vathorst. Een onzalig idee, vond een groot aantal fracties, de wethouder kreeg de wind van voren. Ze kreeg niet de noodzakelijke meerderheid om met het idee, dat door middel van een bestemmingsplanwijziging vorm moet krijgen, naar de provincie te gaan.

Het idee van het college om de kinderopvang in Vathorst te clusteren gaat in tegen een aantal recente ontwikkelingen. Bij de kinderopvang speelt het particulier initiatief van oudsher een grote rol. Maar geheel in de geest van het nieuwe kabinetsbeleid streeft het college een soort albedil na, dat haaks op het bestaande beleid kan komen te staan. Om maar een voorbeeld te noemen: de afgelopen jaren heeft het college bepleit dat sportverenigingen in de buurt actiever moeten worden en hun accommodaties multifunctioneel in zetten. Enkele sportverenigingen hebben dat al gedaan of hebben plannen op de plank liggen. Ze willen schooljeugd opvang bieden, onder meer door middel van huiswerkklassen, en op deze wijze een vorm van buitenschoolse opvang creëren.
Dat zou, na de beoogde wijzigingen in het bestemmingsplan, in Vathorst moeilijk worden. Ook zou de marktwerking worden uitgeschakeld en zouden ouders geen keuze hebben tussen grootschalige opvang (het gevolg van de beoogde clustering) of kleinschalige opvang buiten de onderwijsclusters.

Het college hanteert ook het argument dat bundeling van kinderopvang en andere onderwijsactiviteiten het de ouders makkelijker maakt bij het halen en brengen van kinderen. Een onbeschaamd argument wanneer je tegelijkertijd moet constateren dat het met de scholenplanning in Vathorst behoorlijk begint mis te lopen en bestaande scholen al met dislocale vestigingen moeten gaan werken, bij uitstek een methode om ouders heen en weer te laten rijden!
De door het college gewenste clustering levert ook een fikse schaalvergroting op. Dat staat haaks op de aanzwellende maatschappelijke discussie waarbij de voortdurende schaalvergroting in de zorg, de ziekenhuizen en het onderwijs wordt bekritiseerd. Het zijn alleen goedbetaalde managers die hiervan profiteren, maar de dienstverlening leidt er onder en mensen die en beroep doen op medische of maatschappelijke zorg of die hun kinderen naar een onderwijsinstelling willen sturen, worden steeds meer geconfronteerd met onpersoonlijke, weinig maatgesneden en slecht georganiseerde dienstverlening. De door het college gewenste grootschalige clustering van de kinderopvang dreigt hetzelfde te overkomen.

Het college zal met andere plannen moeten komen. Nog beter is het wanneer er een principiële discussie binnen de raad gaat plaatsvinden of we nog langer moeten meewerken aan de voortgaande schaalvergroting binnen de maatschappelijke dienstverlening. Spreiding, meer ruimte voor particulier initiatief en maatgesneden oplossingen zouden een veel beter middel kunnen zijn om het welzijn onder de inwoners in onze stad te vergroten. Bij uitstek een taak waar de lokale overheid een bijdrage in kan leveren.

Hans van Wegen en Omroep Amersfoort

Maandag 3 september 2007

Hans van Wegen bezorgt mij regelmatig allerlei afschriften en krantenknipsels. Vaak betreft het informatie die ik al ter beschikking had, maar baat het niet, het schaadt ook niet. Ik was daarom verbaasd toen ik vandaag van een raadscollega een pak papier ontving die Hans van Wegen had verspreid, maar waarvan ik géén kopie ontving. Wat heb ik misdaan?

Zijn informatie betrof een brief van het bestuur van Omroep Amersfoort, waarin hem werd meegedeeld dat hij met onmiddellijke ingang was ontzet uit het lidmaatschap van deze vereniging. Statutair is hij eerst enige tijd geschorst, tot het moment waarop de ledenvergadering van deze omroep het bestuursbesluit heeft bekrachtigd. Hans kan beroep aantekenen, wat hij uiteraard heeft gedaan. Het uitgebreide beroepsschrift was ook in afschrift verspreid, evenals een ledenlijst van de omroep.
Vooropgesteld: je kunt je afvragen of het besluit van het bestuur van de omroep verstandig was. Maar het had wel het recht daartoe. Hans heeft zich in de raad ernstig ten nadele van de omroep gedragen en het bestuur hoeft bij zijn besluit geen rekening te houden met de positie die Hans elders inneemt. Het bestuur komt op voor het verenigingsbelang.
Hans heeft, zoals hij in zijn beroep naar voren brengt, in de gemeenteraad geen rekening te houden met lidmaatschappen elders. Hij besluit ten behoeve van het algemene belang zonder last of ruggespraak. Toch zijn er wel enkele kanttekeningen te maken. Het afgelopen jaar was hij duidelijk en nadrukkelijk aanwezig tijdens ledenvergaderingen van de omroep. Je moet je als raadslid afvragen of je lid kunt zijn van een gesubsidieerde instantie die onderdeel uitmaakt van maatschappelijke discussie. De omroep is geen sportvereniging, zangkoor of wat dan ook. En wanneer je de combinatie handhaaft, dan is het niet ongebruikelijk om tijdens discussies in de gemeenteraad of in elk geval tijdens de stemming even afwezig te zijn. Dat is niet uniek, dat hebben meerdere raadsleden in verschillende gevallen gedaan. Eigenlijk was het optreden van Hans dus een beetje dom, of in elk geval provocerend.

In zijn beroep stelt Hans aan het bestuur van de omroep een aantal eisen ten aanzien van de ledenvergadering die over zijn schorsing moet oordelen. Hij eist dat alle ongeveer 450 leden die op de door hem bijgevoegde ledenlijst staan, worden uitgenodigd. Hij zal dat zelf controleren, tot aan de aflevering van de uitnodigingen bij TNT toe, begeleid door een notaris en een tweede raadslid. Het ontbreekt nog aan de muziek.
Nu is die ledenlijst een ding. De omroep heeft vele, vele jaren geleden een steunactie gevoerd waarbij leden werden geworven. Je kunt het veroordelen, maar met deze leden is daarna niet veel gedaan. De lijst omvat ook heel wat mensen die zijn verhuisd of zelfs overleden en er staan ook organisaties en bedrijven op, wat eigenlijk niet kan. Feitelijk kan je aan de hand van de door Hans aangeleverde ‘ledenlijst’ helemaal geen fatsoenlijke vergadering uitschrijven. Ongewild (?) heeft Hans de geëiste vergadering over zijn ontzetting en het beroepschrift dus behoorlijk onmogelijk gemaakt.
En er speelt nog iets anders. Alle leden op de lijst hebben één keer contributie betaald – ik dacht tien gulden – en daarna nooit meer. Het huidige bestuur kan dus al deze leden royeren omdat zij een onaanvaardbare contributieachterstand hebben. Ergens in de statuten of het huishoudelijk reglement van de omroep staat echter dat personeel en vrijwilligers van de omroep automatisch lid zijn van de vereniging. Die hoeven dus geen contributie te betalen. Alleen zij kunnen – indien het bestuur daarop aanstuurt – worden uitgenodigd voor een ledenvergadering, iets dat voor het beroep van Hans niet a-priori voordelig hoeft te zijn.

Oké, Hans heeft weer eens met een grote hamer op een brokkelig aambeeld geslagen. De vonken spoten er weer af, maar het resultaat van deze inspanning zal wel weer mager zijn. Zoals vaker, heeft hij ongetwijfeld weer uit het hart, maar niet uit het verstand gehandeld. Dat kan vaak uiterst charmant zijn en maakt hem menigmaal best sympathiek. Maar soms kan dat lastig zijn en het beoogde effect danig in de weg staan. We zullen zien waar het schip strandt!

Written by raphaelsmit

05/09/2007 at 18:47

Geplaatst in Uncategorized

leave a comment »

Angsthazerij bij kleurloze PvdA-ers

Zaterdag 2 september 2007

Vertegenwoordigende lichamen, zoals de gemeenteraad of de Tweede Kamer, worden bevolkt door gekozen volksvertegenwoordigers die geacht worden hun werkzaamheden zonder last- of ruggespraak uit te voeren. Kiezers hebben hen gekozen op basis van een verkiezingsprogramma, opgesteld door partijen die deelnemen aan de verkiezingen en hiervoor kieslijsten hebben ingediend.

Tot zover is alles duidelijk. Je wordt als volksvertegenwoordiger gekozen en hebt je ten opzichte van de kiezers te houden aan het programma waarop je bent gekozen. Ben je niet meer bereid het programma waarop je bent gekozen, uit te voeren, dan kan je het niet meer maken om als gekozene te blijven zitten. Uiteindelijk is een volksvertegenwoordiger een soort kleine middenstander die is aangesloten bij een ‘inkoopcombinatie’, zijnde de partij onder wiens vlag hij of zij is gekozen.
De praktijk is natuurlijk een tikkeltje anders. Al is het maar omdat het gros van de kiezers nauwelijks enige weet heeft van de meestal gedetailleerde verkiezingsprogramma’s. Meestal worden enkele hoofdlijnen tijdens een campagne geprononceerd, is het niet door de partij zelf, dan wel door politieke tegenstanders. Een groot deel van de kiezers laat zich leiden door de historie van een partij, de herkenbaarheid in politieke smaak (liberaal, sociaal-democratisch, socialistisch, christelijk met een kleine of grote C, etc.) en door de uitstraling van de lijsttrekker en enkele andere bekende personen op de lijst. Wie als vrijwel onbekende burger in de slipstream van politieke kopstukken in een parlement komt, mag dat natuurlijk niet uit het oog verliezen.

Er is dus een relatie tussen een partij en een gekozen volksvertegenwoordiger. Maar die relatie heeft – mag je denken – grenzen. Van een volksvertegenwoordiger mag je verwachten dat hij tot zelfstandig denken in staat is, eigen meningen vormt (als het goed is op basis van geluiden uit zijn achterban) en zich tegenover zijn kiezers profileert op basis van zijn politiek denken en handelen.
Maar dan moet je geen lid zijn van de Tweede Kamerfractie van de PvdA. Binnen dat gremium zijn de stoppen doorgeslagen. Angst? Onzekerheid? Een door de mand gevallen leider? Een verdwaasd partijbestuur? Gebrek aan kwaliteit? Ik vermoed dat al deze mogelijkheden van toepassing zijn voor de landelijke PvdA. Arme parlementariër, arme kiezer.

Een gewoon fractielid binnen de Haagse PvdA-fractie moet in het vervolg uiterst voorzichtig zijn. Het hebben van een eigen mening kan bloedlink worden. Het verkrijgen van enig politiek profiel, buiten de (blijkbaar zelf kleurloze) partijleider om kan het einde van een politieke loopbaan tot gevolg hebben. Het omzeilen van de fractiebureaucratie, rijk voorzien van zogenaamde fractievoorlichters en andere mediadeskundigen die als enige taak hebben om elk sprankje creativiteit bij een volksvertegenwoordiger te elimineren, krijgt het formaat van een criminele daad.
PvdA-parlementariërs mogen alleen hun mond open doen indien zij dat a. hebben gemeld bij het politburo van de fractie, b. hebben overlegd met een coördinator (die natuur scherp let op zijn eigen profilering) en c. zijn of haar mening laat filteren door de afdeling voorlichting. Je zult maar lid zijn van zo’n fractie!
Uiteindelijk is natuurlijk de kiezer de domme. Die moet er maar op vertrouwen dat een kudde angsthazen nog iets voor hem kan betekenen. Adé volksvertegenwoordigers!

Wethouder Hekman is even de weg kwijt

Vrijdag 31 augustus 2007

Onze wethouder voor de stadsvernieuwing, Jelle Hekman, is een ijverig baasje. Bij zijn voorganger vroeg je je nog wel eens af of er überhaupt beleid werd gevoerd. De communicatie met Den Haag verliep moeizaam doordat plannen te laat gereed kwamen, al bij de eerste plannen voor de Amersfoortse stadsvernieuwing liepen grote groepen bewoners te hoop en de corporaties zaten gereed met plannen, maar konden weinig doen door inactiviteit binnen het stadhuis. Onder het bewind van Jelle Hekman is er eindelijk meer vaart gekomen, waarvoor lof.

Maar juist daarom snap ik zijn opvatting niet, zoals hij die vandaag in NRC-Handelsblad vertolkte. Geschreven werd over de ontwikkeling van Kruiskamp en over de balletje-balletjetruc die PvdA-er Wouter Bos met geld van de corporaties wilde uithalen. Speelt hier misschien het feit dat Jelle Hekman, Wouter Bos en Ellen Vogelaar partijgenoten zijn en onze Amersfoortse wethouder zijn toch al door het ijs gezakte partijleider niet helemaal in de kou wilde laten staan?
Jelle is in NRC-Handelsblad lovend over de wijze waarop de corporaties (in dit geval vooral De Alliantie) vorm geven aan de stadsvernieuwing in onze stad. Hij prijst de bijdrage van de corporaties bij hun inzet voor sociale projecten, het feit dat met geld en inzet van de corporaties ruimte voor jongeren kon worden gevonden, hoe de Alliantie met een winkelpand op de proppen kwam toen de gemeente behoefte had aan een informatiepunt. ‘En het is de Alliantie gelukt de bewonersbetrokkenheid aanzienlijk te vergroten door een tent tussen de flats te zetten. Dat werkt aanzienlijk beter dan wanneer wij op onze manier brieven versturen.’ Aldus Jelle Hekman. Voor hem mogen de corporaties zelf het geld van minister Vogelaar besteden, mits het in overleg met de gemeente gebeurd. Volgens mij gaat dat ook niet anders.

Maar dan is Jelle Hekman ineens de draad kwijt. Als gemeente, zo stelt Jelle Hekman, heeft Amersfoort een voorkeur voor een verdeling van het geld via het Rijk. Dan heeft de gemeente meer zeggenschap.
Toen ik dat las, dacht ik: de wethouder is toe aan een fikse vakantie of een spoedbehandeling in Zon en Schild. Hoe kan je met droge ogen eerst de goede samenwerking met de corporaties benadrukken en zeggen dat zij zelfs de besteders van de Vogelaargelden mogen zijn, om vervolgens de corporaties waarmee je zo goed zegt samen te werken, met een rot klap te laten vallen in hun strijd tegen de zakkenrollerij van onze minister van Financiën?
‘Dan heeft de gemeente meer zeggenschap.’ zegt de wethouder. Zal dát het zijn? Zijn er misschien ambtenaren op het stadhuis die het maar niets vinden dat de corporaties bereid zijn meer dan honderd miljoen euro te steken in de stadsvernieuwing in onze stad. Voelen onze stadhuisbureaucraten zich alleen maar happy wanneer zij met hun even bureaucratische vriendjes in Den Haag langdurig mogen overleggen, overheadkosten kunnen wegschrijven, nog meer collega’s kunnen aantrekken om daarmee de ambtelijke macht op het stadhuis te kunnen vergroten?
Een normaal mens zou zeggen: prachtig, de vruchtbare samenwerking tussen gemeente en corporaties, daar hoeft geen Haagse stoorzender tussen te zitten. Eindelijk komen er zaken van grond, na alle problemen in het verleden is de communicatie met de bewoners fris aangepakt en de Amersfoortse huurders zien nu op directe wijze in welke zinvolle projecten een deel van hun huurpenningen wordt gestoken.
Ik begrijp Jelle Hekman niet. Misschien kan hij het mij uitleggen, maar gek blijft het!

Hebben we te weinig coffeeshops?

Donderdag 30 augustus 2007

De gemeenteraad gaat weer praten over het coffeeshopbeleid. Dat wordt weer spannend, want dit onderwerp verdeelt al jaren lang de meningen, zelfs dwars door sommige fracties heen. En wat de raad ook besluit, het is altijd de second-bestoplossing. Een goede oplossing bestaat niet, omdat je door de dolle honden gedrild moet zijn indien je beweerd dat het innemen van softdrugs een zege voor de mensheid is!

De intentie, zoals ik die ontneem uit het persbericht van het college, is nobel. Coffeeshops moeten zo min mogelijk overlast veroorzaken en er moet naar worden gestreefd om minderjarige jeugd zo min mogelijk in aanraking te laten komen met de coffeeshops. So far, so good.
Maar het college merkt ook op dat de gemeenteraad ooit heeft besloten dat er in onze stad negen coffeeshops mogen zijn (zoveel waren er toen dat besluit viel, een vorm van gedogen!), maar dat er op dit moment maar zeven coffeeshops in onze stad zijn. Oeps, dat is jammer! Natuurlijk zijn er natpissers die roepen: nou, zeven is eigenlijk al te veel, dus tel je zegeningen. Maar dat gaat zo maar niet!
De raad moet de vestigingsvoorwaarden gaan aanpassen, in elk geval dusdanig dat er weer negen coffeeshops komen. Ik zal niet voorstellen er een in de hal van het stadhuis te vestigen, dat is wat al te flauw. Maar ik zie niet in waarom we ons moeten inspannen om het aantal van zeven coffeeshops uit te breiden. Zeker niet omdat het college er weinig voor voelt om het voorstel van VVD-er Koos Voogd over te nemen. Die stelde voor alle coffeeshops te verenigen op één punt, ergens bij een bedrijventerrein – net zoals een meubelboulevard of een kroegenstraat.

Eigenlijk is elke minuut discussie over beleid waardoor we ons weer op de borst kunnen kloppen omdat we negen (jawel, negen!) coffeeshops hebben, verloren tijd. Als we deze tijd eens zouden besteden aan het ontwikkelen van plannen om de jeugd beter voor te lichten, dealers en runners wat minder soft te behandelen en om het principe van het gedoogbeleid eens tegen het licht te houden, dan zouden we beter bezig zijn. Maar ja, dan moet je als gemeentebestuur wel meer actie voeren, de nadruk op handhaving verbreden en vaker standpunten innemen die tot discussie leiden. Kan geen kwaad, lijkt mij.

Written by raphaelsmit

03/09/2007 at 11:52

Geplaatst in Uncategorized